Een bezoekje aan de tandarts. Niet het leukste, wat ik me kan bedenken, maar ach, voor een beetje pijnloze mond moet je wat over hebben. En daar ben ik dan; als een willoos slachtoffer zit of sta ik daar mijn beurt af te wachten. Ondanks alles toch een beetje gespannen, Ik bekijk de omgeving en neem alle details gretig in me op. Alweer ruim anderhalf jaar geleden was het [aan het begin van de pandemie] dat hoopvolle briefje op het raam, wat me opviel. We schudden "even" geen handen. Daar heb ik in mijn "Merkwaardige [corona]dagboek, al uitgebreid over geschreven, dus doe ik dat niet weer. Het briefje is natuurlijk allang verdwenen en het "even" is intussen al behoorlijk lang geworden.
Dit keer moest ik erg lang wachten voor de balie. De receptioniste bleef maar telefoneren en ik kon me dus niet aanmelden. Achteraf zei ze, dat ze me allang had "doorgewuifd", maar helaas, die beweging had ik echt niet begrepen . Wat me, al wachtende, opviel waren de poppetjes achter haar rug. Ik had ze al eerder gezien, maar nu, ik daar voor die balie, met mijn telefoon in mijn hand, aardig wortel stond te schieten, nam ik er een foto van. Jammergenoeg werd dat plaatje, door het coronascherm heen, niet helemaal scherp, maar dat doet niets af aan de poppetjes zelf en ik vroeg me af, welke breister zo creatief is geweest, om de tandsartsen [zelfs met mondkapjes] op zo`n aparte wijze te portretteren. Proficiat, ze zijn geweldig.
Eenmaal in de wachtkamer gezeten viel me nog iets anders op. Ik zat met mijn rug tegen de muur, zodat ik, als het raam niet was afgeplakt, ruimschoots naar buiten had kunnen kijken. Nu zat ik opgescheept met twee wapperende reclamevlaggen, die boven het afgeplakte deel uitkwamen. Niets bijzonders zou je zeggen en zeker niet iets over te schrijven. Maar dat is vergissing. Jarenlang waren het twee witte vlaggen met de vier rode letters van Deen. En nu..... het rood wit was verdwenen en de blauwe huiskleur van Appie was daarvoor in de plaats gekomen. Ineens realiseerde ik het me weer, ja, natuurlijk, dat was ook zo. Die "Deenwinkels" zijn allemaal weg. Dat werd dus foto nummer twee, die ik, maar even snel naar mijn dochter Suzanne moest sturen. Hoewel... die zit waarschijnlijk niet echt te wachten, op een foto, waarop ze aan de huiskleur van haar baas wordt herinnerd.
En bij de tandarts zelf? Gelukkig geen gaatjes of ander onheil. Ik stond na vijf minuten, opgelucht, weer buiten.