Op deze blog schrijf ik allerlei stukjes uit mijn jeugd, gezin en andere zaken, die mij op dat moment bezig hielden.
Op mijn tweede blog heb ik mijn creativiteit los gelaten. Was het eerst borduren en breien, nu is het bijna alleen nog maar haken wat me heerlijk van de straat houdt.
Avalon`s creablog: http://avalon022.blogspot.com/

Vanaf 2005 hou ik een digidagboek bij. Ik heb hierin over vanalles geschreven. Soms schrijf ik drie stukjes in een week en soms duurt het maanden voordat ik weer inspiratie krijg om iets op te schrijven. Dat kan dus vanalles zijn, heel persoonlijke dingen, wanneer ik niet lekker in mijn vel zit, herinneringen uit mijn jeugd en de tijd dat we met onze kinderen als gezinnetje samenwoonden, vakantie- of dagtripverhaaltjes, maar ook gekke, droevige of gewoon dagelijkse dingen die ik om mij heen registreer en waarover ik het leuk vind iets te schrijven. Alle verhaaltjes staan sowieso in pdf formaat ergens prive op laptop of externe schijf, maar ik heb besloten om zo langzamerhand alle verhaaltjes alsnog te publiceren op deze blog. Veel leesplezier.

Ps-1. Al bladerend door de onderwerpen zie ik nu [1-8-2013] dat het een rommeltje is geworden met de lettertypes en grootte van letters. Hoe dat komt weet ik niet. Wel weet ik dat ik ze zo niet gepost heb. Nu [26-2-2021] is het nog steeds niet veel beter. Het is jammer, dat ik niet meer grip heb op de lay-out van de stukjes. Maar goed, ik heb me helaas te houden aan de beperkte mogelijkheden. Het zij het zo, maar een rommeltje blijft het.

Ps-2. De bovenstaande foto is door mij genomen in een goddelijk rustige omgeving in de buurt van Säffle [Midden Zweden] in juni 2012.

vrijdag 11 oktober 2019

Een omslagdoek met een tweede leven


Op deze foto hangt een handdoek aan het wasrek. Niets bijzonders zou je denken, en zeker geen onderwerp om een blogje aan te wijden. Nou ja, dat is misschien wel waar, maar toch wil ik er even op wijzen dat deze handdoek al ruim 40 jaar nuttig is, in zijn tweede leven.                                                                                                                                                           
Wanneer hij in ons huishouden kwam weet ik precies, hoe hij er kwam niet. Of ik hem gekregen heb of dat ik hem zelf gekocht heb? Geen idee meer.De eerste die er gebruik van maakte was Robbie. Het was augustus 1967. If you are going to San Francisco schalde uit de radio`s en 7daagse oorlog in Israel was net afgelopen. Het was warm en ik was net bevallen van een zoon. Om die pasgeboren baby, het gevoel van bescherming te geven, was daar die enorme grote omslagdoek met hertjes en kaboutertjes. Zo lief! Maar helaas, ondanks de stapels foto`s, die ik maakte van hem, kan ik er geeneen vinden, waarin hij heerlijk is opgeborgen in die bewuste omslagdoek.

Ook drie jaar later, tussen de foto`s van Ingrid had ik geen succes. Ook zij maakte dankbaar van die omslagdoek, maar ook bij haar kon ik geen bewijs leveren, dat zij heerlijk in die omslagdoek heeft gelegen. Bij Suzanne, weer drie jaar later, had ik meer geluk. Een goede foto van een piepkleine Suus in de bewuste omslagdoek. Helaas is de foto zwart-wit, maar dat maakt het niet minder duidelijk, dat hij het echt is.

                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                             


Daarna werd het stil. Na een maand of drie/vier gebruikte ik natuurlijk geen omslagdoeken meer en toen er geen kindjes meer kwamen verdween het ding in de kast. Wanneer ik op het idee kwam om de capuchon er af te knippen, er een keurig zoompje langs te zetten en hem verder als handdoek door het leven te laten gaan, weet ik niet meer, maar dat het een handige beslissing was, was zeker. Nog steeds doet hij dienst, en dat 52 jaar na dato.

Kijk.....ik gooi niet snel iets weg, en zeker niet iets met zo`n emotionele lading, en om hem na zijn oorspronkelijk doel, nog zo lang als handdoek te kunnen gebruiken, vond ik best de moeite waard om wat aandacht aan te schenken.





woensdag 21 augustus 2019

Windowsheets



Ik zit hier een beetje werk te zoeken, vanwege het feit, dat Karel op dit moment onder het mes gaat. Hopelijk gaat alles goed en om een beetje afleiding te zoeken, zit ik wat in mijn 03-file [digidagboek] te rommelen. Ineens kom ik een pdfje met een heleboel windowsheets tegen. Dat is een leuke herinnering om zonder aan "nu" te denken wat over te gaan schrijven.

Het was ten tijde van onze treinreizen in de UK een gewoonte van British Rail om op één van de ramen van elke coupé, een papier te plakken met daarop de tussenstations en eindbestemming van de trein. Een hele goede service, die helaas volgens mij allang weer is afgeschaft. Aangezien er bij zo`n lange intercity nogal wat velletjes aanwezig waren en ze maar 1x gebruikt werden, bedacht ik me toen, dat het wel leuk zou zijn om er, van elke rit eentje, als vakantie-souvenir mee naar huis te nemen. Ze werden bij het bereiken van het eindstation, toch weggegooid. Maar om ze nou ongevraagd van de ramen af te halen, ging mij toch een beetje te ver. Dus bleef er maar één ding over, en wel, om netjes aan de conducteur te gaan vragen of we er eentje mochten meenemen. In de meeste gevallen was het geen probleem en kregen we het blad meteen mee, maar soms zat er wel eens een nukkige "ticket inspector" tussen en konden we naar ons souvenir fluiten. Ja, helaas zulke mensen heb je ook. Jammergenoeg zijn de tussenstations op één van onze mooiste treinreizen "Settle-Carlisle", door de rode inkt, die nu eenmaal sneller verbleekt, niet meer te lezen. Gelukkig vervagen die in mijn herinnering allerminst, want zoals ik al zei, deze trip is een toppertje, die ik zonder die vermelding van deze tussenstations, ook wel zal blijven herinneren.

Thuisgekomen met al die rolletjes heeft Karel ze uiteindelijk allemaal op twee kastdeuren geplakt, waarvan ik bijgevoegde foto heb gemaakt. Ze hebben er nog jaren gezeten, maar, zowel de kast als de windowsheets, hebben de verhuizing in 2017 helaas niet overleefd. Gelukkig hebben we de foto`s nog.


Een paar dagen later:
Met Karel gaat het goed. De operatie is prima verlopen en we gaan dus met z`n alleen duimen dat de tumor helemaal is weggehaald.

dinsdag 16 juli 2019

Midwoud, Buurt & Normaal



Toen we vanmiddag even eierkoeken gingen halen bij het Bakkerijmuseum in Medemblik, leek het wel nationale trekkersdag te zijn. Achter hoeveel van die enorm grote en vooral brede landbouwvoertuigen in heb gesukkeld, weet ik niet meer, maar het waren er veel! En dat nog wel op zaterdag. Een bewijs, dat midden in de zomer er geen weekend is op het boerenland. Er wordt stug doorgewerkt. Toen ik richting Midwoud reed was het weer zover. Eerst een brede trekker met daaraan hangend een platte wagen, daarachter een bouwbusje ook met een aanhanger, dan wij en achter ons nog een sliertje personenauto`s. Allemaal sjokten we met een vaartje van ca. 25 km per uur over de Midwouder Dorpsstraat.

Ineens viel mijn oog op een brede oranje sticker, die aan de bovenkant op de achterruit van het bouwbusje was geplakt. Het leek meer op een banner, want hij was net zo breed als de ruit en ongeveer 30 cm hoog. In grote zwarte letters stond er "1 juni, høken in Midwoud" op.

Oei, daar ging even een vat van herinneringen open. Het evenement van het jaar was het. En hoewel wij helemaal niets met Normaal hebben, behalve dat de muziek geweldig is, gingen wij op de avond van het optreden van Benny Jolink en consorten, altijd even een rondje door Midwoud maken. Voor de muziek hoefden wij het niet te doen, die hoorden we in Opperdoes ook wel, maar even sfeertje proeven was wel leuk. We gingen gewoon op het geluid af. Als je het spoor over was en de Midwouder Dorpsstraat inreed, begon het al. De hele weg was bezaaid met hooi. Waarom dat daar lag? Geen idee, maar al googelend werd ik wijzer.

Het openbaar vervoer bestond uit boerenkarren, die achter de trekkers hingen, en op die platte wagens lagen strobalen. Waarschijnlijk diende die blokken stro om op te gaan zitten, maar het moest dus, om een voor mij onduidelijke reden, op straat worden gegooid. Al joelend en uiteraard bier drinkend togen de jongeren uit de omgeving naar het, wat ik altijd noem, "Normaal landje". Dat weiland bevind zich tussen de twee bochten, die een zigzag vormen in de Buurt te Midwoud. Dat er geen brug was om over de sloot te komen, deerde niet. Die werd er een paar dagen ervoor wel even tijdelijk ingelegd en parkeerruimte was er ook genoeg. Weiland zat. Bij de eerste bocht zat het verkeer intussen muurvast en de verkeersregelaars werkten zich een slag in de rondte om alles weer vlot te trekken. Wij zaten te genieten, tussen boerenkarren, bezoekers en andere nieuwsgierigen, al moesten we, vanwege rondvliegend bier, wel onze ramen dichthouden. Veel viel er op het weiland zelf niet te zien, want alles was afgeschermd met hekken en wit plastic, maar die hielden het geluid, niet tegen en we hoorden de muziek dan ook luid en duidelijk. In de huizen, die tegenover het landje staan, leek het wel kermisborreltijd en iedereen zat buiten, weer of geen weer. Toch was het ritje snel voorbij. Bij de bocht naar rechts en langs eetcafe “Halfweg”, was de grootste drukte al weer over en reden we via een omweg weer naar huis. Even sfeertje proeven, heette dat. In 2015 waren ze er voor de laatst. Benny`s gezondheid liet het niet meer toe en de optredens van Normaal in Midwoud waren verleden tijd.


Weer terug in 2019 en nog steeds rijdend in die sliert auto`s, dacht ik dat de banner op dat busje een herinnering was aan die mooie dagen van weleer, maar [ook weer] Google leerde me anders. Blijkbaar wordt er nog steeds een dorpsfeest gehouden in Midwoud en was het op 1 juni 2019, weliswaar zonder Normaal, toch weer "høken in Midwoud" geweest. Dat zal allemaal best, maar voor mij was het zien van die banner, een leuke flash-back naar oergezellige zomeravonden, dat Normaal optrad.


Woensdag 28 april 2021

Om nog een beetje het gevoel te krijgen, dat het een bijzondere dag was, reden we gisteren [koningsdag] nog een ommetje. Tot onze verrassing was het "Normaallandje" ineens omgetoverd tot een echt bollenveld. Zo ziet het er toch ineens weer heel anders uit!


woensdag 10 juli 2019

Onderdijk - Zeedijk


20 januari 2019:
Ik toerde met Karel zonet vanuit Medemblik over Oosterdijk naar Onderdijk. Terwijl ik van de dijk naar beneden reed, rinkelt mijn telefoon. Moet dat nou, denk ik meteen, maar ik kan het toch niet laten, en als ik vlak bij de kerk van Onderdijk ben, rij ik daar naar links en over het fietspad heen zet ik de auto stil. Ik wist dat ik daar gemakkelijk kon stoppen, omdat ik met Suus en Christiaan daar, tijdens een pokemon-rondje, eerder had gestaan, omdat zij op die plek zonodig even een rondje moesten “vechten”. Het telefoonbericht was, zo als meestal, onbelangrijk, maar wat ik toen wel zag, was een schitterend beeldje, wat ik tijdens die eerste stop niet had gezien. Dat verbaasde me eigenlijk wel, want ik ben tijdens mijn ritjes in Westfriesland er altijd al behoorlijk alert op, wetende dat er in de hele regio op vaak verborgen plekjes, schitterende beeldjes staan, zomaar langs de kant van de weg. Dit was er dus weer zo eentje. Het beeldje heet "Moeder en kind" en is gemaakt door Jan van Velzen uit Onderdijk, leerde Google me en was zeker een foto waard. Jammergenoeg lukte dat voor geen meter, want het was veel te donker en nat, maar met het voornemen, dat ik dat zeker nog een keertje zou gaan doen, reed ik verder.

9 juli 2019:
Het was gisteren prachtig weer en besloot voor twee stukjes van mij even via Midwoud richting Medemblik te rijden. Die stukjes had ik, wat ik niet vaak doe, niet geschreven naar aanleiding van een of meerdere foto`s maar naar aanleiding van herinneringen toen ik op die bewuste plaatsen langsreed en niet kon stoppen. Toen ik alle foto`s met succes had gemaakt, schoot me ineens een derde plek te binnen, waar ik op dat moment geen foto kon maken. O, ja, natuurlijk, het beeldje in Onderdijk. Aangezien ik al op de dijk bij het Stoommachinemuseum reed, was het een kleine moeite om het voornemen van januari maar even snel uit te voeren.


zaterdag 20 april 2019

Bizar-2

Dat mijn geheugen een raar spelletje met me speelt, heb ik al een paar keer ervaren. [blog: Bizar]. Ook nu weer.

Half december vorig jaar parkeerde ik de auto op de parkeerplaats schuin aan de overkant van ons huis. Naast mij staat een grote grijze forwheel drive waar ik helemaal niet op let, want ik heb een enorme hekel aan deze statussymbolen, wegens de volkomen nutteloosheid van dergelijke terreinauto`s hier in Nederland. Op het moment dat ik uitstap hoor ik mijn naam. In de bewuste auto zit een man, die ik zo op het eerste gezicht helemaal niet ken. Ik bevestigde, dat ik ben, wie hij riep en vroeg wie hij was. Hij noemt zijn naam, en ja, ineens komen alle herinneringen uit mijn Baba Jaga jaren weer boven. In de 80er jaren waren we superdruk met die jeugdclub en ook nu nog wordt ik zo af en toe [heel leuk] nog met dat verleden geconfronteerd. Nu dus ook weer. Ik vond het knap dat hij mij herkende, want ik had hem na die bijna 40 jaar zeker niet herkend. We praatten nog even door over onze gezamenlijke herinneringen van de jeugdclub en hij vertelde daarna dat hij schuin tegenover ons kwam wonen.

Ik vond het eigenlijk best wel grappig, dat er iemand uit mijn Baba Jaga verleden, zo dicht bij ons kwam wonen, en vertelde het Karel, dochters en iedereen die maar naar mij wilde luisteren, hoewel geen van de kinderen zijn naam iets zei. Uiteindelijk half januari wilde ik mijn verhaal voor de zoveelste keer doen en toen gebeurde het. Ik was zijn naam totaal kwijt. Hoe stom, ik had hem tig keren genoemd en ik was nu hem helemaal kwijt. Verdorie!! Met enige regelmaat schoot mij te binnen, dat ik die naam nog steeds kwijt was en probeerde hem alsnog naar boven te halen.  Maar het hielp allemaal niets, ik kon maar niet opkomen. `s Nachts, overdag,tijdens het eten, tussen de tv programma`s door, onderweg, steeds weer schoot in mijn gedachte dat ik die naam nog steeds kwijt was. Frustratie en ongeloof alom, maar de naam was weg en bleef weg. Het enige was ik kon opdiepen was een vage voornaam "Henk". Meer niet.

Tot vandaag!  Hoe ik er op kwam om weer over die naam te beginnen weet ik niet. Ingrid zat naast me in de auto en ik zit weer te vertellen over die kennis die tegenover me is komen wonen. Ik leg uit waar hij toen woonde en noem de naam van zijn dochter. En met het noemen van die naam, zeg ik zonder er over na te denken meteen haar [toenmalige?] achteraan er feilloos achteraan. Het floepte er zomaar uit en ik schrok er zelf van. Maanden loopt je daarover te piekeren en dan ineens vliegt het er zomaar uit. Bizar, ja, alweer!!

Vanwege privacy zal ik de naam hier op de blog niet noemen, maar één ding wil ik nog wel even kwijt. Van dat "Henk" klopt niets, het lijkt er zelfs niet op.  In mijn digidagboek vermeld ik de naam wel, want ik ben veel te bang, dat hij anders weer in mijn grijze massa zal verdwijnen.

zaterdag 2 maart 2019

Wildwest op de A7

Ergens in april 2018 rij ik via de A7 terug van Amsterdam naar huis. Volgens mij kwamen wij van Rob vandaan, maar zeker weet ik dat niet. Het spitsuur begon al aardig op gang te komen en het was pittig druk.

Ik rij met een snelheid van ongeveer 90 km per uur, mannetje aan mannetje in de linkerbaan de bocht van Purmerend door. Even zie ik op de toerit vanuit Purmerend ZO-Beemster, die halverwege de bocht, aansluit op de A7, een politiewagen op de vluchtstrook geparkeerd staan, maar ik laat me niet afleiden en volg de stroom, nog steeds in de linkerbaan, want invoegen naar rechts is geen optie. Het is veel te druk.

Dan zie ik in mijn achteruitkijkspiegel, een politiewagen achter mij zitten. Ik heb geen idee, waar die zo snel vandaan gekomen was, maar, omdat hij geen licht- of geluidssignalen voert, blijf ik rijden waar ik rij. Dat duurde niet lang. Plotseling begint de sirene achter mij te loeien en zetten ze ook de blauwe lichten aan. Natuurlijk schrik ik me rot en dring me met een gevaarlijke manoevre in de bomvolle rechterbaan. Hij passeert mij en even later, zie ik een tweede politiewagen, eveneens met blauwe lichten, vlak voor mij rijden. Die was waarschijnlijk via de vluchtstrook ineens die baan in gedrongen.

Beiden proberen ze zo snel mogelijk door het drukke spitsverkeer komen. Dat lukt alleen maar op een manier, waarop een gewone burger, met bekeuringen overladen zou zijn. Vlak voor de afslag Purmerend-Noord zie ik de eerste politieauto op de vluchtstrook achter een gewone auto rijden. Daarna verschijnt de tweede politieauto vanaf de rechterbaan en rijdt de auto klem, door er dwars voor te gaan staan. Daarmee staat hij met zijn achterwielen nog steeds op de rijbaan en mijn voorganger kan hem slechts met moeite ontwijken. Uit beide wagens komen politieagenten met getrokken pistool en rennen naar de personenauto. Twee mannen stappen uit en dan ben ik de hele scene gepasseerd.

Oef, aan de gedragingen van mijn medeweggebruikers, kan ik zien dat ook zij, behoorlijk verward, waren door het optreden van die agenten en de manier waarop zij zich door het verkeer drongen. Sommige stonden bijna stil en er vielen gaten in de rij. Het was op z`n zachts gezegd een behoorlijk gevaarlijke actie, waarvan je als gewoon burger moet afvragen of dat wel nodig was, zo in het spitsverkeer. Maar de auto`s rolden door en iedereen was ineens, of er helemaal niets was gebeurd, weer gewoon op weg naar huis. In mijn achteruitkijkspiegel, zie ik de blauwe zwaailichten steeds kleiner worden en toen begon ik me nu pas af te vragen, wat er in vredesnaam aan de hand was. O, jee, dat heb ik weer, midden in de spits, kom ik terecht in echte achtervolging. 10 kilometer verder bij het tankstation heb ik de auto aan de kant gezet en de telefoon gepakt. Dat was waarschijnlijk te vroeg, want welke nieuwsapp ik ook keek, geen een kon mijn nieuwsgierigheid bevredigen.

Een dag later zag ik dat wel. Wat blijkt? De auto die aan de kant gezet werd was gestolen en de inzittenden werden er met getrokken pistool uitgehaald. Geen wereldnieuws, maar ruim voldoende voor krant en regio-tv. Maar wat me van het hele incident het beste is bijgebleven, is het optreden van de politie geweest, dat zich in mijn ogen gedroegen als een stelletje op hol geslagen olifanten, tussen de verwarde weggebruikers, die echt niet wisten naar welke kant ze in die drukte moesten vluchten voor die aanstormende politie-auto`s. Heus, geloof me, dit is iets, wat ik echt niet iedere dag wil meemaken.

vrijdag 1 maart 2019

Bevolkingsonderzoek borstkanker

Ik had vandaag een afspraak bij de mobiele wagen van het bevolkingsonderzoek borstkanker Midden-West. Elke twee jaar ontvang ik, via de gemeente, een uitnodiging voor dat onderzoek, waarbij 4 röntgenfoto's van mijn borsten worden gemaakt , om te controleren of ik geen borstkanker heb. Het onderzoek gebeurt dus met vrij korte tussenpozen, dat mocht er onverhoopt iets worden aangetroffen, er nog de meeste kans is op een goede afloop. Om zoveel mogelijk vrouwen te bereiken is dit goede initiatief gratis en vrijwillig, dus niet gaan zou alleen maar stom zijn. Dat ben ik dus niet, en ging er heen.
De procedure is na al die jaren nog steeds hetzelfde. Na het, bij de receptioniste,  inleveren van de afsprakenbrief en het tonen van het legitimatiebewijs, wordt je verzocht plaats te nemen, tegenover de balie, waar een stuk of vijf stoeltjes fungeren als wachtkamer. Daar zat ik dan, en wist me met mijn houding en gedachten geen raad, want ik miste mijn speeltje. Ik kon met geen mogelijkheid lekker achter het schermpje van mijn mobieltje verschuilen, want hoewel die beruchte ronde rode stickers met die grote streep door een mobieltje, bijna overal verdwenen zijn, waren ze hier nog in veelvoud opgehangen. Dus dat was menens. Er bleef me niets anders over dan star in het luchtledige voor me uit staren.
Links van mij bevonden zich drie "doorloop" kleedhokjes. Dat wil dus zeggen; je loopt er aan de ene kant in, kleed je voor de bovenste helft uit en blijft topless wachten, totdat je er aan de andere kant wordt uitgehaald. Daar worden dan röntgenfoto`s gemaakt. Eerst twee [één links en één rechts] van de voorkant en dan nogmaal maar dan van opzij. De hele procedure heeft echter nog wel wat voeten inde aarde hoor, want je borst wordt plat op een plateautje gelegd, waarna er een soort van pers bovenop komt, waardoor het hele zaakje vakkundig wordt geplet. Tevens wordt je in een soort houdgreep genomen, zodat je hele lijf in de goede houding komt te staan. Bij de zijwaartse foto`s is het allemaal nog een beetje ingewikkelder, want dan zitten je armen ook nog in de weg. Maar geen nood, daarvoor moet je een ijzeren stang vasthouden, zodat je arm in de goede richting komt te staan en niet meer in de weg hangt. Het pletten [nu dwars] gaat echter onverminderd door. Maar goed, zeer doet het niet, en zeg nou zelf, je moet toch wat over hebben voor het goede doel.

Toen ik nog op mijn beurt zat te wachten, kwam er net een vrouw uit het kleedhokje, die de hele behandeling al achter de rug had. Ze had er blijkbaar lol in en ze merkte op: “Je zal dit toch de hele dag moeten doen. Steeds weer met je handen aan al die vrouwenborsten en vrouwenvlees!” Grinneiend over haar opmerking nam ze naast mij plaats in afwachting op de melding dat de foto`s technisch waren gelukt, zodat je weer naar huis kon gaan, in de wetenschap dat je binnen 10 dagen per post een [hopelijk goede] uitslag zal ontvangen.

vrijdag 22 februari 2019

Betondorp


Betondorp in Amsterdam is voor mij altijd al een bijzondere plaats in mijn leven geweest. Het ligt in de Watergraafsmeer, ingeklemd tussen de Middenweg en de Gooscheweg, gebouwd in de beginjaren 20 van de 20e eeuw. Een dorp in een stad, met o.a. zijn karakteristieke grijs-wit-geel gepleisterde woningen, gebouwd rondom De Brink. Voor mij persoonlijk een plek met goede herinneringen. Niet in de minste plaats dat onze zoon Rob er met zijn gezin woont, maar ook al vroeger in mijn jeugd kwam ik er vaak. Ik woonde er niet, maar er wel vlakbij tw. in dat kleine wijkje, in de diepte, pal voor het Amstelstation.

Mijn eerste bezoekjes aan Betondorp vonden plaats op de zondagmiddagen midden jaren 50, toen ik samen met mijn moeder en broertje mijn vader gingen ophalen, die naar het voetballen ging kijken in het Ajaxstadion. We liepen de Fizaeustsraat uit, richting de sportvelden en gingen aan het eind van de weg linksaf, totaan een grote stadsboerderij en dan rechtsaf langs de Oosterbegraafplaats, naar Betondorp. Als ik het witte kerkje zag, betekende het, dat wij ons einddoel bereikten. Soms hoorden wij nog het eindsignaal van de wedstrijd, maar meestal kwam de stroom mannen ons al halverwege de Veeteeltstraat lopend tegemoet. Niet meer voor te stellen, zoals dat ging. Rustig gingen al die mannen lopend huns weeg en zonder problemen pikten wij onze vader daar tussenuit. Van de naam "De Meer" had ik nog nooit gehoord, en dat er daar ook nog een jochie op straat voetbalde, dat een superster zou worden, kon ik ook niet vermoeden. Misschien heb ik hem wel eens zien spelen daar op straat? Wie weet?.

Toen ik wat groter was, ging ik alleen naar Betondorp. De stadsboerderij was verdwenen en zo ook die koeien, die nog een tijdje liepen op de enorme dijk, die was aangelegd tussen ons wijkje en de Oosterbegraafplaats. Die bult was intussen de Gooischeweg geworden en waar eerst de boerderij was, lag nu een tunneltje onder die weg door. Verder was alles nog zo`n beetje hetzelfde. Het kerkje was nog wit en ook in de rest van het dorp was weinig veranderd. Niet dat ik daar oog voor had. Ik had iets veel interessanters ondekt. Op de Brink, midden in het "dorp" stond een bibliotheek. Nog herinner ik mij de ingang met die overdekte gang en dan rechts de deur in. Ik leende en verslond stapels boeken, waardoor mijn wekelijkse bezoekjes aan Betondorp werden hervat, zij het nu op de fiets. Ook heb ik één keer het witte kerkje van binnen gezien, door met de huisvriendin van mijn ouders An Capel, een mis bij te wonen in dit gebouw.

In mijn MMS tijd kwam ik er niet zo vaak meer. Ik had minder tijd en ook de rest van de stad werd behoorlijk afgestuind. Wel had ik nog één vriendin, die woonde in de Ploegstraat, maar het contact was nou niet zo innig, dat ik daar regelmatig over de vloer kwam. Na mijn schoolperiode was het over en ik dacht helemaal niet meer aan dat bijzondere "dorp in een stad". Soms zag ik wel eens beelden ervan op tv, want het was en is nog steeds een geliefde locatie voor het opnemen van films, maar daar bleef het bij.

Tot in 2005 Rob, Sandra en Sam er gingen wonen. Zo leuk, zij wonen nu vlak bij de oude plek waar ik een groot deel van mijn jeugd heb doorgebracht. Ook staat hun huis maar een paar woningen af, van het huis, waar Johan Cruyff heeft gewoond. Zo is het kringetje rond. Weer kom ik in Betondorp en nu ook kan ik zien dat, ondanks het feit dat mijn witte kerkje, helemaal niet wit meer is, er eigenlijk bar weinig veranderd is. Of het zouden de grote geluidsschermen langs de A10 moeten zijn, die behalve geluidswering, ook een soort bescherming lijken te geven, waarachter een het dorp is weggekropen.

Tot slot wil ik nog wel een opmerking kwijt over een wel heel bijnzonder bezoek aan Betondorp. Op 27 maart 2016 gingen Ingrid, Suzanne en ik ter nagedachtenis aan dat voetballende jochie van weleer naar Amsterdam. Johan Cruyff`s dood kwam als een schok en zelden heb ik zo`n indrukwekkend moment meegemaakt, dat we daar zo stonden en bloemen legden, op die hoek daar in de Akkerstraat.



donderdag 21 februari 2019

De Amsterdamse keuken uit mijn jeugd

Als ik eens geen zin heb om maar iets te doen, en dat komt helaas nog al eens voor, duik ik in mijn fotofile. Mijn hele leven in foto`s digitaal binnen handbereik te hebben is geweldig. Als inspiratiebron voor mijn stukjes heb ik ook nog een ideeënfile op onderwerp gemaakt en daaruit komen de bijgevoegde foto`s. Ik vind ze geweldig. Drie fotootjes uit de keuken van ons huis in Amsterdam.



Deze zijn ongetwijfeld door mijn vader genomen, want anno 1956, liep er nog geen enkel 11-jarig kind rond met een fototoestel. Wel vind ik het jammer dat hij ze alle drie vanuit dezelfde hoek heeft genomen. Hij stond in de deuropening met zijn rug naar de kamer, wat ook het meest logisch was voor een leuke foto, waarop uiteraard de personen het belangrijkste waren. Dat een dochter van hem, dat, ruim 60 jaar later, jammer zou vinden, kon hij natuurlijk ook niet weten. Rechts op alle foto`s bevond zich, dwars tegen de de buitenmuur aan, de deur naar de bijkeuken. Op de laatste foto kan je door het raam, nog [de toen] groentewinkel zien, waar wij tegenover woonden. Ook de gordijnen, opgehangen in V-vorm, zowel boven als onder vastgemaakt met een roe, waren een kenmerk van mijn moeder en waarschijnlijk ook van die tijd, want zowel in de keuken als bij de voor- en achterdeur werden ze zo opgehangen. En om bij de gordijntjes te blijven, de blauw-wit geblokte gordijntjes onder de planken en voor de kastjes herinner ik me nog goed. Hoe kan het ook anders, stereotyp voor die tijd.

Maar goed, de foto`s spreken voor zichzelf. Een prachtig beeld uit die tijd, waarvoor we tegenwoordig het woord "retro" te pas en te onpas uit de kast trekken. Er was dus al een geijser, het gasstel is nog een heel klein beetje te zien op de eerste foto links en afwassen ging overduidelijk nog gewoon met de hand. Ook zie ik de blauw-grijze emaillen Brabantia pannen met die wolkjes voor me, die op de eerste foto op de bovenste planken boven het aanrecht zijn geplaatst, maar net zo duidelijk is te zien, dat die, anno 1963, zijn vervangen door roestvrijstalen exemplaren.

Haha, het lijkt wel een plaatje van "Zoek de verschillen?", want ik ontdek ineens ook dat de tafel op de derde foto onder het raam is geplaatst. Zou er intussen een koelkast in ons huishouden zijn verschenen? Had je die al in 1963? Ik zal het nooit weten, want het is op de foto niet te zien en ik herinner me het ook niet meer. Maar dat maakt niet uit, er staat genoeg, wel op de foto`s, om er heerlijke sfeerplaatjes van te maken, ondanks het feit, dat ze er eigenlijk niet voor bedoeld waren.

Over de personen op de foto`s zal ik om privacy redenen niet veel zeggen, behalve dat het mijn moeder is die de afwas doet. En die opengeslagen koffers op de vloer? Dat zal wel werk geweest zijn van mijn vader, die net terugkomend van vakantie, nog even een fotorolletje wilden volschieten en daarmee, de keukenvloer zijn geheimen liet prijsgeven.


zondag 27 januari 2019

Onrechtvaardig


Op het rtv-noordholland-journaal zag ik beelden van een zwemmer, die startte vanaf de plankier van het botenhuis onder de weg, vlak bij de Berlagebrug in Amsterdam. “Hee,ja”, dacht ik, “die plek ken ik, dat is lang geleden”, want het was begin 60er jaren, tijdens één van mijn laatste jaren van de MMS opleiding, dat ik daar met vijf medeklasgenoten, een jaar roeiles had, Geen idee meer, wie die medeklasgenoten waren, om over namen van hen, maar helemaal te zwijgen, ondanks de fotootjes, waarop we allemaal nauwelijks te zien zijn. 


Een keer per week gingen wij daarheen. haalden een boot uit het botenhuis en roeiden, onder begeleiding, richting Oudekerk, en keerden dan, ongeveer op de plek waar tegenwoordig het verkeer van de A2, over de brug van de Amstel, raast, weer naar het, tegenwoordig zo mooi "Roeicentrum Berlagebrug" genoemd, terug.

Ik ben nooit een echte sporter geweest, maar dit vond ik toch wel leuk. Heerlijk zo op het water en in mijn herinnering, was het ook altijd mooi weer. Een van ons werd opgeleid tot stuurvrouwe en wij vieren waren de roeisters. Dat was een protocol, waar nooit van werd afgeweken. Weer of geen weer, wij roeiden de Amstel af, richting Oudekerk en ik had geen idee, waarom we bijna nooit richting centrum voeren. Dat leek me toch eigenlijk veel leuker, dan zag je nog eens wat. Vragen, waarom niet, is blijkbaar nooit in ons opgekomen, hoewel, ik me achteraf van 1x herinner, dat we het Amstelkanaal zijn opgevaren.

Aan het eind van het jaar, moesten wij "afroeien". Of het zo heette, weet ik niet meer, maar wel weet ik dat je een soort van “proeve van bekwaamheid” moest afleggen, om een bewijs te krijgen, dat je het hele jaar had doorlopen. Of de duvel er mee speelde, was "onze" stuurvrouw, die dag ziek en werd ik aangewezen om haar taak over te nemen, hoewel ik dat natuurlijk nog nooit had gedaan.

Aan het eind van de vaart werd er dan ook geoordeeld, dat ik niets van bakte, en dus geen papiertje kreeg. Of ik kwaad was, of alleen maar vreselijk teleurgesteld, weet ik niet meer, maar, mezelf kennende ben ik zeker huilend naar huis gefietst. Tot op de dag van vandaag zit het me dwars. Ik kom niet vaak over de Berlagebrug, maar altijd als ik er ben, moet ik denken aan de grove onrechtvaardigheid, die mij toen werd aangedaan. Een onrecht, dat erin resulteerde, dat het enige bewijs, dat ik een jaar lang, wekelijks, op de Amstel heb ger
oeid, bestaat uit twee kleine fotootjes, waarop nauwelijks te zien is, dat ik er deel van uit maakte. Waarvan akte!

maandag 21 januari 2019

Mijn Kick-2

[Ondanks, dat er op de foto een haakwerkje staat, heeft dit verhaaltje eigenlijk weinig met haken te maken. Vandaar dat ik het hier post.]

“Als je de bijgaande foto`s ziet, zou je het niet zeggen, maar ik heb helemaal niets met voetballen. Erger nog, ik vind het ronduit vreselijk. Toch moet ik heel erg lachen om al die toestanden erom heen. Dat is echt leuk. Een heel land in oranje gehuld, voor 11 mannen die achter een bal aan rennen. Maar okee, terug naar Kick; toen ik hem zag, klikte het meteen. Die uit zijn krachten gegroeide wup, die ook nog eens in mijn momenteel favoriete techniek gemaakt was, wilde ik maken. Gelukkig had Cees van Tol, de ontwerpster, beloofd het patroon tzt ook te publiceren [in de facebookgroep Dutch Amigurumi], dus konden de plannen niet meer stuk. Een weekje later kon ik het patroon downloaden en stond niets meer in de weg om te beginnen. 12 rood-wit-blauwe vijhoeken, 20 oranje zeshoeken, 2 poten, 2 sprietenbolletjes, 2 zelf bedachte ogen maken was het probleem niet, dat kwam pas met het inelkaar zetten van die bal. Daar zit ik toch altijd tegenaan te hikken hoor. Maar zoals je ziet, is het weer gelukt. Misschien nog een klodder lijm voor de sprieten, maar zolang ze zonder dat, zich netjes gedragen, laat ik het zo. Cees van Tol, superbedankt voor het leuke patroon!!!”

Tot zover had ik het verhaal, in mei 2014, geschreven in ook gepost in op mijn creablog. Nu ik het begin 2019 nog eens doorlees, zie ik dat het eigenlijk een beetje incompleet is. Wat er niet in vermeld stond, dat dochter Suzanne en ik een tweede bol hebben gehaakt voor een vriend van haar. Dus dat was nog een keertje de bovenvermelde aantallen vijf- en zeshoeken. Gelukkig had ik nog sprieten genoeg, want je weet hoe dat gaat. Je hebt er twee nodig en bent dan verplicht een zak van minstens 10 van die dingen te kopen. Nou in dit geval, kwam het toevallig eens een keertje goed uit. Ja, ja, dat voetbal weet wat! Hoewel....volgens mij heeft die vriend ook helemaal niets met voetbal en is die bol alleen maar erg leuk. Dat kan natuurlijk ook.

En mijn bol? Die is waarschijnlijk een roemloos einde gestorven. Op een zondagmiddag kwam kleinzoon Silver op bezoek en vond de bol wel heel erg leuk. Helaas nam hij Kick`s uiterlijk wel heel erg letterlijk en voetbalde er de kamer mee door. Aan het eind van het bezoek was de lol er nog steeds niet af en wilde hij hem mee naar huis nemen. En wat doe je dan? Ja, precies. Ik heb hem daarna helaas nooit meer gezien en wat er van hem is geworden, daar heb ik geen idee van. Maar ja, dat maakt allemaal niet uit, als hij er maar lol mee heeft gehad, dat is het belangrijkste. Tot slot nog een ding. Mocht ik me in deze laatste aanname hebben vergist en Kick nog steeds in het land der levenden zijn, dan verexcuseer ik me bij deze.

zaterdag 19 januari 2019

"Wat is geluk" [naar Maarten van Rossum]



Ik kijk nooit naar het programma Pauw, maaar om half vijf `s middags, dus in de herhaling van het programma, bleef ik even hangen omdat ik een bekende stem hoorde. Die stem kwam van Maarten van Rossum, een van mijn favorieten, die daar aan tafel zijn nieuwe boek, “Wat is geluk?", zat te promoten. In een toelichting erop, haalde hij op zijn bekende manier uit naar het feit, dat 80% van de Nederlanders in een poll hadden ingevuld dat zij gelukkig waren, terwijl er nergens meer wordt gemopperd op regering en maatschappij, als hier in ons land. Heerlijk zoals hij dat weer verwoorde, en zoals meestal, moest ik hem volkomen gelijk geven.  

Maar goed, hij had ook tips om gelukkig te worden.
Punt 1 was meer bewegen. Niet in de sportschool, maar dagelijks een wandelingetje was, volgens hem, meer dan genoeg. “Ja, hoor, daar zijn we weer”, dacht ik, “ik weet het, natuurlijk, is bewegen gezond, maar zolang ik niet lopend haken, computeren en lezen kan, zal “bewegen” en mijn persoontje niet zo best samen door één deur kunnen.

Punt 2 sprak mij meer aan, want dat was: "Begin een projekt". Daarmee ben ik het roerend eens. Ik loopt al tijden te denken aan zoiets, maar kan geen onderwerp vinden, waar ik zo warm voor zou lopen, dat ik er, over een jaar, nog enthousiast over zou zijn. Terwijl ik dat dacht, was hij al een stuk verder met zijn verhaal en zei: “Ga iets schrijven!. Maar neem dan geen roman ter hand, want daar hebben 2 miljoen nederlanders hier ten lande, een probeersel van in de kast liggen”. “Helemaal waar”, dacht ik, “maar zover ben ik nog niet. Bij mij is het alleen nog maar denkwerk”. En weer verder luisterend naar Maarten, hoorde ik hem zeggen: . “Ga schrijven voor je kinderen en beschrijf je leven. Laat ze lezen, hoe het er toeging in onze [we zijn bijna even oud] jeugd, want dat is vergeleken met nu een wereld van verschil”.

Maarten gaf mij met dit advies ongewild een mooi duwtje in de rug, want dat klonk goed en sterker nog, in zekere zin ben ik daar al een jaar of wat mee bezig. De stukjes in mijn digidagboek zijn voor een deel herinneringen uit mijn jeugd en ik hoop dat ze interessant genoeg zijn om nog eens gelezen te worden. Natuurlijk schrijf ik over meer. Het is fijn problemen van je af te schrijven en mijn mening zal ik altijd blijven geven, terecht of niet, het is voor mij een heerlijke uitlaatklep, waarmee ik mijn stille echtgenoot, die zelden aan een normaal gesprek deelneemt,  goed kan compenseren. En als niemand het leest, is er ook geen man over boord, want op een moderne laptop, als waarop ik al deze stukjes tik, is een delete-knop gauw gevonden.

donderdag 3 januari 2019

Bizar


"Bizar", een ander woord heb ik niet, voor de onderstaande ervaring! Wat was het geval. Ik zit op nieuwjaarsdag met de voeten op tafel, heel rustig film te kijken. Een bijzonder jonge Jenny Agutter is Bobby, in de The Railway Children wat mij dus vertelt dat dit de eerste versie van de film is uit 1970. Niets bijzonders tot nu toe. Op een gegeven moment zie ik de dokter uit het verhaal "zijn" huis uit komen en via de tuin, naar zijn koetsje lopen. Terwijl hij het kleine bordes afloopt, dat naar het lager gelegen pad voert, zie ik tussen het huis en het pad een schuin aflopend grasveldje. Het was maar een fractie van een seconde in beeld maar op dat moment flitst er herinnering door mijn hoofd. "Het lijkt wel het grasveldje voor het huis van de Bronte Sisters". Wij zijn daar eens geweest, tijdens een vakantie in Yorkshire, maar waarom nu juist op dit moment, die gedachtenflits aan dat kleine grasveldje daar, door mijn hoofd schiet, daar heb ik geen idee van. Sterker nog, toen ik er eens goed over na ging denken, kwamen de beelden uit de film en mijn werkelijke herinnering helemaal niet overeen.



Terwijl ik de film verder keek, liet het me niet los. "Waarom?”. Klopt dit?". "Is dit inderdaad de plek, waaraan ik dacht?". Het werd zo erg, dat ik de draad van het verhaal begon kwijt te raken en het eigenlijk best eng begon te vinden. "Nooit meer heb ik aan die plek gedacht en dan nu ineens?"

Toen de film bijna afgelopen was, was ik het zat. Ik pakte mijn telefoon en googelde de IMDB [filmdatabase], mijn trouwe steun en toeverlaat en ook de enige die soms aandacht schenkt aan lokaties van films. Tot mijn stomme verbazing bleek, dat het stuk, waar ik zo mee in mijn maag zat, inderdaad was opgenomen bij het huis van de Bronte Sisters. Ik was helemaal verbluft. Mijn herinnering had gelijk, maar in mijn hoofd, klopte er niets van. In mijn herinnering was die tuin veel weidser en er stond ook geen muur omheen. Misschien was de tuin van de pastorie wel helemaal niet de plek waar ik was geweest, maar dan blijft de vraag, “Waarom dacht ik daar dan aan, toen ik dat beeld zag?”.

Een diepe zoektocht door mijn vakantiefoto`s leerde me, dat ik op 18 september 1997 in Haworth ben geweest. Ik heb foto`s van het station van de Keighly and Worth Valley Railway [aan welke lijn de film is opgenomen], maaar van het grasveldje bij de pastorie waar de Brontë Sisters hadden gewoond is in die fotoserie niets terug te vinden. Wel herinner ik me dat ik een huis heb gevonden, en daar op een herinneringssteen, die in het gras lag, een tekst heb staan lezen. Verder herinner ik me vaag dat het niet erg bijzonder was allemaal en het te donker was om een goede foto te maken. Mijn geheugen wist het schijnbaar nog precies en liet me dat dan ook heel fijntjes even merken. Eng hoor, maar het bewijst maar weer eens, dat hersenen rare streken met je kunnen uithalen. Een herinnering die niet klopt ben ik wel gewend, maar een herinnering die zo feilloos klopt, en dan, na diep nadenken, volgens mij helemaal niet klopt, vind ik op z`n zachts gezegd maar raar.