Vanaf 2005 schrijf ik korte stukjes in dit digitale dagboek. Dat kunnen er drie per week zijn, maar soms ook, schrijf ik maanden niet. Waarover ik schrijf, dat kan vanalles zijn. Heel persoonlijke dingen, wanneer ik niet lekker in mijn vel zit, herinneringen uit mijn jeugd en de tijd dat we met onze kinderen als gezinnetje samenwoonden, vakantie- of dagtripverhaaltjes, maar ook gekke, droevige of gewoon dagelijkse dingen die ik om mij heen registreer en waarover ik het leuk vind iets te schrijven. Op de foto hierboven sta ik, in de zomer van 1987 in de tuin van één van de grote herenhuizen in het Zuiderzeemuseum in Enkhuizen. Daar stond een grote "spiegelbol", waarmee ik mezelf op de gevoelige plaat zette. Een selfie dus van ruim 35 jaar oud en ook van ver voordat dat het woord "selfie" werd uitgevonden. Erg scherp is de foto helaas niet, maar ja, wat kan verwachten van zo`n oude foto, die al heel wat heeft meegemaakt vanaf een opname op een 35 mm fotorolletje tot een computerbestandje in het digitale tijdperk. Toch vind ik hem nog steeds de moeite waard om hem eens in het zonnetje te zetten.

dinsdag 9 september 2025

Wasmerkjes

Geschreven: 23 juli 2020
Dagtekening: eind 2010-nu

Een paar maanden geleden schreef ik de volgende zin, met de bedoeling er een stukje van te maken. “Toen ik vanmorgen de was aan het opruimen was, zag ik ineens het kleine wasmerkje in de theedoek. Oh, dacht ik meteen, die was van mamma geweest. Van haar laatste 6 weken daar in `t Kampje in Loenen aan de Vecht”.

Het stukje kwam er toen niet, en nu, een paar maanden [en een heleboel wassen] verder, ontdek ik dat er nog meer zijn. In een theedoek, zoals ik al zei, maar ook vond ik er nog eentje in een washandje en eentje in een badhanddoek. En...misschien zijn er nog wel meer?. Ook wandelt er hier een washandje rond met een wildvreemde naam erop. Vreemd hoor, zouden ze er zo`n zoodje van maken, in de wasserijen van de verzorgingshuizen. Ach eigenlijk geen wonder, dat er zulke verstekelingen tussen zitten. Ga er maar eens aanstaan, om die hele boel uit te zoeken, want ze hebben het al druk genoeg. En daarnaast, mamma controleerde het ook niet meer, want zij kon die merkjes helaas niet meer lezen. Sterker nog, ze zal zich niet eens meer met dat wasgoed hebben bemoeid.
                                              

Maar dat ze nu bij mij tussen de was zitten vind ik geweldig. Iedere keer als ik er eentje zie, geeft me dat weer een liefdevolle en warme herinnering aan haar. En die vreemde eend in de bijt? Die levert me een glimlach op met de gedachte: “Wie zou het toch geweest zijn?”.


9 september 2025

Bovenstaand stukje schreef ik in de zomer van 2020, niet wetende dat drie jaar later de wasmerkjes ook mijn leven binnen zouden komen. Toen Karel in mei 2023 in een verpleeghuis ging wonen, werd mij de keuze gesteld, om zelf zijn was te blijven doen of het via het verpleeghuis laten verzorgen. Ondanks de pittige rekening die het me maandelijks oplevert, heb ik gekozen voor de tweede optie. Gelukkig kan ik het betalen, want ik moet er toch niet aan denken, dat ik die gigantische berg wasgoed, van een man met een stoma en katheter, die beiden nogal eens de nare gewoonte hebben om te lekken, zelf zou moeten doen.

En ja, ik heb intussen bij hem ook al wel eens een vreemde eend in de “wasmerkjes”-bijt gezien. Helemaal niet erg toch? Net als bij mamma, ziet ook Karel het niet meer en ik ben wel de laatste om me daar druk over te maken.