Geschreven: 23 juli 2020
Dagtekening: eind 2010-nu
Het stukje kwam er toen niet, en nu, een paar maanden [en een heleboel wassen] verder, ontdek ik dat er nog meer zijn. In een theedoek, zoals ik al zei, maar ook vond ik er nog eentje in een washandje en eentje in een badhanddoek. En...misschien zijn er nog wel meer?. Ook wandelt er hier een washandje rond met een wildvreemde naam erop. Vreemd hoor, zouden ze er zo`n zoodje van maken, in de wasserijen van de verzorgingshuizen. Ach eigenlijk geen wonder, dat er zulke verstekelingen tussen zitten. Ga er maar eens aanstaan, om die hele boel uit te zoeken, want ze hebben het al druk genoeg. En daarnaast, mamma controleerde het ook niet meer, want zij kon die merkjes helaas niet meer lezen. Sterker nog, ze zal zich niet eens meer met dat wasgoed hebben bemoeid.

Maar dat ze nu bij mij tussen de was zitten vind ik geweldig. Iedere keer als ik er eentje zie, geeft me dat weer een liefdevolle en warme herinnering aan haar. En die vreemde eend in de bijt? Die levert me een glimlach op met de gedachte: “Wie zou het toch geweest zijn?”.
9 september 2025
Bovenstaand stukje schreef ik in de zomer van 2020, niet wetende dat drie jaar later de wasmerkjes ook mijn leven binnen zouden komen. Toen Karel in mei 2023 in een verpleeghuis ging wonen, werd mij de keuze gesteld, om zelf zijn was te blijven doen of het via het verpleeghuis laten verzorgen. Ondanks de pittige rekening die het me maandelijks oplevert, heb ik gekozen voor de tweede optie. Gelukkig kan ik het betalen, want ik moet er toch niet aan denken, dat ik die gigantische berg wasgoed, van een man met een stoma en katheter, die beiden nogal eens de nare gewoonte hebben om te lekken, zelf zou moeten doen.
En ja, ik heb intussen bij hem ook al wel eens een vreemde eend in de “wasmerkjes”-bijt gezien. Helemaal niet erg toch? Net als bij mamma, ziet ook Karel het niet meer en ik ben wel de laatste om me daar druk over te maken.
Bovenstaand stukje schreef ik in de zomer van 2020, niet wetende dat drie jaar later de wasmerkjes ook mijn leven binnen zouden komen. Toen Karel in mei 2023 in een verpleeghuis ging wonen, werd mij de keuze gesteld, om zelf zijn was te blijven doen of het via het verpleeghuis laten verzorgen. Ondanks de pittige rekening die het me maandelijks oplevert, heb ik gekozen voor de tweede optie. Gelukkig kan ik het betalen, want ik moet er toch niet aan denken, dat ik die gigantische berg wasgoed, van een man met een stoma en katheter, die beiden nogal eens de nare gewoonte hebben om te lekken, zelf zou moeten doen.
En ja, ik heb intussen bij hem ook al wel eens een vreemde eend in de “wasmerkjes”-bijt gezien. Helemaal niet erg toch? Net als bij mamma, ziet ook Karel het niet meer en ik ben wel de laatste om me daar druk over te maken.