Op deze blog schrijf ik allerlei stukjes uit mijn jeugd, gezin en andere zaken, die mij op dat moment bezig hielden.
Op mijn tweede blog heb ik mijn creativiteit los gelaten. Was het eerst borduren en breien, nu is het bijna alleen nog maar haken wat me heerlijk van de straat houdt.
Avalon`s creablog: http://avalon022.blogspot.com/

Vanaf 2005 hou ik een digidagboek bij. Ik heb hierin over vanalles geschreven. Soms schrijf ik drie stukjes in een week en soms duurt het maanden voordat ik weer inspiratie krijg om iets op te schrijven. Dat kan dus vanalles zijn, heel persoonlijke dingen, wanneer ik niet lekker in mijn vel zit, herinneringen uit mijn jeugd en de tijd dat we met onze kinderen als gezinnetje samenwoonden, vakantie- of dagtripverhaaltjes, maar ook gekke, droevige of gewoon dagelijkse dingen die ik om mij heen registreer en waarover ik het leuk vind iets te schrijven. Alle verhaaltjes staan sowieso in pdf formaat ergens prive op laptop of externe schijf, maar ik heb besloten om zo langzamerhand alle verhaaltjes alsnog te publiceren op deze blog. Veel leesplezier.

Ps-1. Al bladerend door de onderwerpen zie ik nu [1-8-2013] dat het een rommeltje is geworden met de lettertypes en grootte van letters. Hoe dat komt weet ik niet. Wel weet ik dat ik ze zo niet gepost heb. Nu [26-2-2021] is het nog steeds niet veel beter. Het is jammer, dat ik niet meer grip heb op de lay-out van de stukjes. Maar goed, ik heb me helaas te houden aan de beperkte mogelijkheden. Het zij het zo, maar een rommeltje blijft het.

Ps-2. De bovenstaande foto is door mij genomen in een goddelijk rustige omgeving in de buurt van Säffle [Midden Zweden] in juni 2012.

maandag 2 december 2024

A Manx backwards clock

 


Op de foto staat een afbeelding van een bijzondere klok. Wie er goed naar kijkt, kan zien, dat ik de wijzers op een actuele tijd heb gezet. Wij kochten, hem op "the Isle of Man", tijdens één van onze vakanties daar. Volgens onze vriend en eilandbewoner Maurice, die helaas veel te vroeg overleden is, was deze "backwards clock" iets speciaals van het eiland, maar ik ben, tot mijn spijt, vergeten was hij er over heeft verteld. Een beetje dom natuurlijk en hem er nog eens om vragen, kan ik, begrijpelijkerwijs, ook niet meer.

Hij heeft jarenlang bij ons in de kamer gehangen en deed zijn werk tot volle tevredenheid. Ik vond hem leuk en was er op het laatst helemaal aan gewend. Ik keek er altijd op, als ik de tijd wilde weten en na een tijdje dacht ik automatisch "andersom". Blijkbaar hing hij toch teveel in de zon, want de triskelion [de kenmerkende afbeelding van het eiland, tw. de drie benen in een cirkel, die midden op de klok staat, is zijn rode kleur helemaal kwijt geraakt. Wel is de spreuk in de typerende keltische letters en in de taal van het eiland [Het "Manx"] tw. "Traa dy-liooar" [time enough] goed zichtbaar gebleven.

Op een gegeven moment hield hij er mee op en was met geen enkel batterijtje weer op gang te krijgen. In de jaren daarna heb er vele malen mee in mijn handen gestaan, terwijl ik me afvroeg wat ik er toch mee moest doen. Moeite doen om het uurwerkje te vervangen, zag ik niet zitten, bang dat zo`n anti-kloksgewijs draaiende klok hier nogal lastig te krijgen zou zijn en wegdoen was voor mij helemaal geen opties, want daarvoor zaten er teveel herinneringen aan vast. Tijdens onze verhuizing naar Grootebroek in 2017, belandde hij in een doos met spullen, waar ik op dat moment even niet wist wat ik er mee moest doen. Gisteren had ik genoeg moed verzameld, om die doos maar eens leeg te halen. Het resultaat van die actie was, wat de klok betreft eigenlijk al bekend. Ik stond weer met die klok in mijn handen en wist nog steeds niet wat ik er mee moest doen.

Vanmiddag ben ik gaan googelen of iets kon vinden over de betekenis van terugdraaiende klokken op het eiland Man. Het enige wat ik vond was een artikel, dat er na jaren weer een "backwardsclock clock" was teruggehangen op een historische plek in een pub op het eiland Wight. Dat was dus, helaas, het verkeerd eiland en over een bepaalde betekenis, voor welk eiland dan ook, was niets te vinden. Wat me tijdens die google-sessie wel duidelijk werd, was dat het waarschijnlijk niet iets typisch "Manx" was, want ik zag aanbiedingen van deze klokken overal vandaan. De meesten ervan kwamen ehter wel uit het Verenigd Koninkrijk, waar het eiland Man een onderdeel van is.

Ben ik dan een illusie armer. Nee, niet echt,  het maakt me allemaal niet zoveel uit. Voor mij blijft het een sublieme herinnering aan het prachtig eiland Man, vol met treintjes en trams, maar helaas ook aan een kapotte klok, waarvan ik niet weet wat ik er mee moet doen en waarvan ik geen idee heb of het iets met het eiland Man te maken heeft. Maar ja, dat is ook een beetje mijn eigen schuld. Had ik maar wat beter naar Maurice moeten luisteren of liever gezegd, had ik zijn woorden maar wat beter op moeten slaan.

woensdag 27 november 2024

Google Foto`s





Ik denk dat ik toch een beetje te oud wordt om de ontwikkelingen van het computergebeuren binnen mijn interessesfeer bij te houden. Er is nl. één ding wat ik niet kan uitstaan; tw. dat er voor me wordt gedacht. En dat is nu precies wat er gebeurt de laatste tijd.

Hoewel........Het begon in het verleden, eigenlijk al, toen men nog nooit van AI had gehoord. Als je een nieuw, meestal muziek- of fotobewerkingsprogramma had geinstalleerd, begont die app al bij het eerste opstarten, als een malle de computer te scannen. Daarbij zette het alle bij die app behorende bestanden in de hoofd-, recent- of "hoe die dan ook mag heten"-map. Dat is niet fijn, want binnen de kortste keren, had je dan een paar duizend bestanden in die map staan en werd het chaos alom. Gelukkig bestond er meestal nog wel een mogelijkheid, de mappenstructuur af te lezen, wat voor mij persoonlijk, meer dan voldoende zou zijn geweest. Gelukkig kon ik meestal ook dat scannen wel achterwege laten, maar dan nog, zat ik altijd met een overtollige hoofdmap, waarin het programma altijd opende, want wissen was er niet bij.

Maar nu, met AI, is deze handelwijze terug van nooit weggeweest. Het begint steeds irritanter te worden. Er wordt voor mij gedacht. In Google Foto`s worden ongevraagd allerlei collecties aangemaakt. De met de camera gemaakte foto`s worden per locatie, gebeurtenis of onderwerp bijeen gezet en erger, alle locale mappen waarin fotobestanden staan worden als collectie erbij geplaatst. Zo stonden er bij mij binnen no-time, 33 collecties in de app, die voor een groot gedeelte voorzien waren van maar één fotobestand. De gallerij doet dat ook, maar daar heb ik in ieder geval nog de mogelijkheid, die te verbergen; bij Google foto`s dus niet. Gelukkig kost het geen extra schijfruimte, maar het is weer chaos alom, waardoor ik het overzicht kwijt raak.

Jammer van de app, want Google Foto`s is een superhandig programma, waarop ik altijd kan vertrouwen, dat, als ik een foto met de telefoon heb gemaakt, ik voor de zekerheid een backup achter de hand heb. Dat kan gelukkig nog steeds, vandaar dat ik het programma zeker niet wis, maar de verdere overtollige ballast kan ik missen als kiespijn.

Ik weet natuurlijk ook dat er anderen zijn, die dit misschien wel handig vinden, dus zou het fijn zijn als er een mogelijkheid was, voor mensen die deze, in mijn ogen overtollige "handigheidjes" niet willen, om ze wissen/verbergen of uit te zetten. Want vind ik het echt niet leuk om te zien hoe er met mijn vaak dierbare prive foto`s, wordt gerommeld, ondanks het feit, ik best wel weet dat daar geen mens aan te pas komt.

Maar ik zou ik niet zijn, als ik er geen oplossing voor had bedacht. Ik haal de cameramap en de backup in Google foto`s regelmatig leeg en zet alle opnames, in drievoud, op mijn lokale externe backupschijven. En foto`s die ik, binnen bereik van de telefoon/tablet wil houden daar heb ik twee manieren voor. Zijn het niet te veel, dan zet ik ze in de drive en van grotere series maak ik een samengestelde pdf. Een beetje omslachtig, ik weet het, maar het is volgens mij de enige manier om nog een beetje buiten de grijpgrage informatiehonger van Google te blijven. En ja, hopelijk blijft dit bestandstype nog een tijdje buiten schot.

zaterdag 9 november 2024

Pdf-Ellende: Of.......een hobbyist, die een speelbal is van de strijd tussen gratis apps en de grote geldgraaiende tech-bedrijven

Voor de digibeten onder de lezers heb ik een goede raad. Ik zou maar stoppen met dit stukje lezen, want, helaas jullie gaan het niet begrijpen. Hoe kan het ook, ik snap het zelf eigenlijk maar nauwelijks.

Wat is het geval? Al jaren maak ik foto- en blogbackups in pdf. Een heleboel foto`s en geschreven tekst dus, die ik bundelde in grote pdf-bestanden. Om de weg erin niet kwijt te raken, kon ik in de gratis Foxit reader/editor blad- en subbladwijzers [inhoudsopgaven] invoeren, die naar het desbetreffende bestand linkten. De originele bestanden blijven natuurlijk gewoon in hun originele extensies, op de externe schijven staan, want dat is mijn basiswerk. Die pdf-bestanden zijn alleen maar "voor het geval dat" en ik hoop ze nooit nodig te hebben. Wel zijn ze leuk als verzamelbestanden om ze zo af en toen eens door te kijken.

Een half jaar geleden reageerde ik poitief op een vraag in de Foxitreader of ik deze wilde updaten naar de nieuwste versie. Ik installeerde deze en tot mijn grote schrik, kon ik in deze nieuwe versie geen bladwijzers/inhoudsopgaven meer maken. Heel snel ging ik terug naar de oude versie en heb simpelweg alle verdere verzoeken tot updaten genegeerd. Dat ging goed tot ongeveer 14 dagen terug. In mijn gevoel om hun AI-versie erdoor te drukken hebben ze, ongevraagd, de nieuwe versie op mijn laptop gezet en ik kon niet meer terug. De oude versie vind ik niet meer en ook is hij niet meer gratis. Er is alleen nog een proefversie, maar daar kan ik natuurlijk niets mee. Wat nu?

Ik heb nog een paar pogingen gewaagd om nieuwe [uit de Microsoft store] gratis editors erop te zetten, maar ik raakte daardoor steeds verder in de ellende. Het werkte soms niet, of niet zoals ik wilde, en ik heb alles zo snel mogelijk er weer afgehaald. Maar blijkbaar bleef er bij het wissen ervan, een heleboel zooi achter en op een gegeven moment moest ik, bij bijna elke pdf die ik wilde openen een beveiligingswaarschuwing wegklikken. Niet te doen!

Uiteindelijk heb ik, boos op Foxit, de [in mijn ogen] "veilige" Adobe reader op de laptop gezet om in ieder geval mij pdf`s te kunnen bekijken. Het is geen fijn programma, want het stikt van de eigen reclame en op bijna de helft van het scherm staan links naar edittools, die alleen werken in de proef- en betaalversie van het programma. Dit menu is niet permanent weg te halen en je moet het elke keer als je een pdf bekijkt, wegklikken. Ook voor het lezen van de bladwijzers is het even behoorlijk zoeken en moet iedere keer apart worden geopend. Maar goed, ik ben daarmee wel de meeste beveiligingswaarschuwingen kwijt geraakt, hoewel ik daar nog steeds niet helemaal zeker van ben. Deze situatie beviel me uiteraard voor geen meter en ik zocht verder.

Nu heb ik ook PDF24, dat mij, dank zij Computer Idee was getipt, op de laptop staan. Een gratis superprogramma [zowel online als lokaal], dat ik voor het bundelen, splitsen en vele andere pdf-handelingen gebruik. Ik zag dat deze ook een reader had en een goede duidelijke ook. Tevreden zette ik die standaard en ontdekte dat ik daardoor de pdf-afbeeldingen in het voorbeeldvenster in Verkenner kwijt was. Shit!, helemaal niet aan gedacht en weer niet goed. Uit pure frustratie ben ik teruggegaan naar de gratis Foxit reader en nu werkt alles weer. Maar ik heb helaas nog steeds geen mogelijkheden om [gratis] bladwijzers te maken.

Uiteindelijk heb ik maar mijn toevlucht genomen tot een noodoplossing. In PDF24 zit wel een mogelijkheid bladwijzers te maken, maar vreemd genoeg alleen in de tool "samenvoegen". Dat houdt in, dat je altijd twee pdf bestanden moet samenvoegen, dan neemt hij de bestandsnamen als bladwijzer mee. Enkele pdfbestanden van een bladwijzer voorzien gaat dus niet. Tja, en dan...wie niet sterk is moet slim zijn. Dan maar even een kopietje maken van het bestand of twee verschillende pdf-bestanden aan elkaar plakken, die helemaal niet aan elkaar geplakt hoeven te worden, maar wel een bladwijzer nodig hebben en ze daarna weer splitsen, want dat doetie wel. Het is allemaal een beetje omslachtig, en aan sub-bladwijzers denk ik maar even helemaal niet. Dat worden dus in de toekomst veel kleine bestanden, en hele lange lijsten bladwijzers, wat beslist geen verbetering is voor de chaos, die ik juist probeerde te vermijden. Het zij zo, want alleen voor het maken van bladwijzers, is een paar honderd euro echt wel iets teveel.  


Ps-1. Ik hoop echt nog steeds dat ik een mogelijkheid over het hoofd gezien heb om mijn backups te blijven maken, maar ik kon ze op dit moment echt niet vinden. En trouwens, ik was er even helemaal klaar mee.

Ps-2. Ik hoop ook dat ik fout zit met die Adobe reader en dat er wel een simpelere uitvoering van is. Zo, ja, dan heb ik hem niet gevonden, Sorry dan.

donderdag 31 oktober 2024

Alweer Jigidi

Goh, ik dacht dat deze heel moeilijk zou zijn, vandaar dat ik deze [in tegenstelling tot alle andere puzzels, die ik van mijn foto`s in Jigidi heb geplaatst] nooit zelf had gemaakt. 25 anderen hadden hem al wel gemaakt dus vond ik het nu wel eens tijd het zelf ook maar eens te gaan doen. Gisterenavond heb ik mijn moed bij elkaar geraapt en ben ik begonnen. Het ging echter zo onverwachts leuk en goed, dat ik bijna niet meer kon stoppen en vanmiddag heb ik hem met een vaartje afgemaakt. Ik vind hem geweldig.

Ja, Jigidi! Ik heb er al het nodige over geschreven. Het is een community van puzzelaars wereldwijd. Je kan de aangeboden puzzels maken in verschillende groottes, maar ook kan je je eigen foto`s tot legpuzzel maken, zoals ik al zei. En dat, als de resolutie van de foto het toelaat, tot maximaal 600 stukjes. Wanneer en hoe ik de site ontdekte weet ik niet meer, maar de eerste puzzel van mijn eigen foto was Nijntje in Egmond op 9 september vorig jaar. En toen ging ik los. Het is een echte life-saver voor mij en heeft me, door de afleiding die ik er van krijg, door moeilijke periodes heen geholpen. Moeilijk is het niet. Geen ingewikkelde apps, je puzzelt gewoon in de browser en als je een account aanmaakt, slaat hij de puzzel op en kan je op ieder gewenst moment weer doorgaan. O, ja, en wil je een screenprint van het geheel, zoals ik met alle puzzels heb gedaan, dan het laatste stukje er niet inleggen, want als hij helemaal af is, ben je hem kwijt. Ikzelf probeer dat laatste ontbrekende stukje altijd te verstoppen, zodat het beeld erdoor niet wordt verstoord. Zoeken dus maar.

https://www.jigidi.com/




maandag 30 september 2024

Deltavliegers

Op 19 juli van dit jaar, zat ik, om een uurtje of zeven, in de achtertuin, nog even na te genieten van het mooie weer. Dat ik daar zat, was wel logisch, want aan de voorkant van het huis, was het zelfs op dit latere uur, nog steeds veel te warm. Ineens zie ik een paar stipjes in de lucht en dacht: "Hé, zie ik dat nou goed? Die zitten hoog! Zouden ze te zien zijn, als ik er een foto van neem?"



Toen pakte ik de telefoon, met de gedachte: "Nou ja, niet geschoten is altijd mis, dus laat ik het maar proberen" en maakte een stuk of wat opnames. Ik bekeek ze op de telefoon en dat ze daarop goed te zien waren, was voor mij niet echt een verrassing. Die apparaten zijn tegenwoordig technisch zo goed, dat je alleen maar twee vingers hoeft te gebruiken om een even flink in te zoomen. Maar verder? Kon het op de laptop ook? Ik zette de opnames over en bekeek ze daar. Alle foto`s hadden daar een heleboel vlekjes in de lucht. Ook dat was geen verrassing, want mijn scherm is wel eens schoner geweest. Maar dan ineens, zie ik het. Verhip!, er zitten toch echt twee vlekjes minder op mijn scherm dan ik dacht.

dinsdag 17 september 2024

Van de straat eten

Toen ik daarnet in de keuken stond zag ik een traktor over de overweg rijden die er een kar achter had hangen die volbeladen was met witte kolen. Dat deed me denken aan de afgelopen jaren voordat de zuurkoolfabriek zijn deuren sloot. Hoewel ik nog een betrekkelijke nieuwkomer ben ik Opperdoes heb ik al een stukje historie van het dorp meegemaakt. Tot 2009 kwamen er in de herfst aan de overkant van het station over het Zwarte Pad een heleboel trekkers lang, die achter hun landbouwvoertuig de meest vreemdsoortige karren hadden hangen volbeladen met witte kolen. En als ik schrijf volbeladen, dan bedoel ik ook volbeladen. Supervol, met een kop erop, zoals het in goed nederlands wordt uitgedrukt. En ik overdreef niet, want vaak heb ik staan grinnikken hoe creatief die karren waren opgeladen en of het allemaal wel zou lukken. Natuurlijk ging het regelmatig fout; vandaar de naam van dit stukje. Overal in het dorp lagen her en der witte kolen verspreid. Op straat, in de goten en soms waren ze zo ver weggestuiterd dat ze in het gras van de berm van de weg lagen. We hadden er best lol in, hoewel het voor de fietsers en brommers natuurlijk wel uitkijken geblazen was. Jammergenoeg heb ik er nooit foto' s van gemaakt, zodat ik daarvan geen beelden kan laten zien. 

De zuurkoolfabriek, naast de beroemde aardappels een begrip in het dorp en ver daar buiten, heeft dus in 2008 zijn deuren moeten sluiten. Een trend die helaas in de laatste jaren teveel voor komt. Gelukkig heb ik een jaartje of vijf terug de fabriek kunnen bezichtigen, zodat ik in mijn herinnering toch nog iets ervan overhoud. Vooral de grote stenen bakken, waarin de kool moest blijven liggen om te " rijpen" [of hoe dan dan ook officieel heet] staan me nog goed bij. Ook had ik me nooit gerealiseerd wat een langdurig proces het was voordat die witte kolen, die ik toen dus dagelijks langs zag komen, uiteindelijk als de bekende rechthoekige plastic zakjes zuurkool de fabriek verlieten.

Bij de sluiting begon ik nog een tweede aspect te missen. De kolen werden niet alleen gebracht in een veelkleurig assortiment van trekkers en opleggers, maar ook als het eindprodukt de fabriek uiteindelijk verliet kwamen net zo veelsoortige vrachtwagen deze ophalen. Gigantische kolossen die landen en plaatsnamen uit heel europa vermeldden, kwamen langs ons raam voorbij rijden. Ook hierbij kon ik een glimlach niet ondrukken. Niet alleen het idee dat mensen uit zulke verre bestemmingen het kleine Opperdoes konden vinden, ook de grootte van de vrachtwagen waren onderwerp tot lol. De bocht vanaf de Almersdorperweg naar het Zwarte Pad is normaal ruim genoeg, maar deze wagens waren daar echt niet op berekend. Een paar keer steken was bijna normaal, hoewel ik het maar één keer heb gezien dat er eentje echt vast zat. Vaker was helaas het heggetje van de overbuurman het onbedoelde slachtoffer.


Jammer het is allemaal voorbij. De fabriek ging naar Heerhugowaard en het gebouw staat leeg. De tijd dat de naam Rustenburg uit Opperdoes met zuurkool wordt geassocieerd is over. Er zal best nog wel eens een kooltje langs de kant van de weg liggen, want de kolen worden hier nog steeds verbouwd, maar de tijd dat je je avondmaaltijd van de straat kon rapen is echt voorbij.


13 september 2024

Ik maakte zomaar even een ommetje en belandde in Opperdoes. Rijdende vanaf de rotonde, werd ik op de Almersdorperweg, d.m.v. een verkeersbord attent gemaakt, op bouwverkeer, wat het Zwarte Pad op moest. Huh? Waar? Dat vakantiepark misschien? Ik reed verder en ging even later linksaf het Noorderpad in, die overloopt in het Oosteinde, waar ik, zoals ik kon verwachten, weer problemen had met een tegensligger. De bestuurster was gelukkig veel aardiger, dan die ik in het verleden eens tegenkwam, [zie: En bedankt maar weer] maar ik vraag me nog steeds af, "Wat doet zo`n grote 4wheeldrive op zo`n smal weggetje?"

Eenmaal bij Klein Giethoorn, wist ik niet wat ik zag. Wat een kaalslag. Een groot gat markeerde de plek waar eens de zuurkoolfabriek heeft gestaan. Die was nog in gebruik toen wij in 1998 in Opperdoes kwamen wonen. Toch was het al snel over en stond het gebouw leeg. Misshien is het al even geleden, dat het is afgebroken, maar het is geen verlies, want het zag er de laatste jaren niet meer uit. Toch moest ik altijd wel even kijken, als ik er langs kwam met "de tram" en denken aan de pret die ik had, waarover ik in het bovenliggende stukje schreef. Wat voor mij overblijft, zijn dus die mooie herinneringen van die verloren witte kolen in de goot en vastzittende vrachtwagens in de bocht.

Wat zal er nu gebeuren, met die grote kale vlakte, daar aan het randje van het dorp. Ik ben er al een tijdje uit en dorpsnieuws hierover heeft me duidelijk niet bereikt, maar wat ik wel weet is, dat het vakantiepark, wat ze aan het bouwen zijn, er akelig dichtbij is. Ik hoop dat ik verkeerd zit met wat ik denk, want, volgens mijn bescheiden mening, staan er in de omgeving al vakantiehuisjes genoeg.



donderdag 12 september 2024

I ❤️Fryslân

In mijn jeugd wist totaal niets af van de provincie Friesland. Ik leerde op lagere school dat de Leeuwarden de hoofdstad is en dat Friesland en Westfriesland heeeeel lang geleden, vast zaten aan elkaar. Van mijn ouders kreeg ik er ook niets van mee, want die kwamen uit de Rotterdam en Dordrecht, waar ook ik geboren ben. Dat is nu wel even anders. Ik woon al ruim 50 jaar in Westfriesland en mijn echtgenoot heeft een naam die eindigt op "sma" wat eigenlijk al genoeg zegt. Maar dat verder even terzijde.
 


Het werkelijke verhaal begint eigelijk pas vorig jaar. Op één van mijn ritjes, reed ik over de A7 terug naar de Afsluitdijk. Bij de afslag Bolsward Oost was ik de snelweg zat en ging de A7 af. Waarom? Geen idee. Ik kwam terecht op een rondweg om Bolsward en op het moment dat ik de indruk kreeg, dat ik in the middle of nowhere terecht gekomen was, zag ik ineens dat grote rode hart. "I ❤️ Bolsward". Huh? Verbaasd vroeg ik me af: "Dat hier, zomaar midden in het niks" en "Is Amsterdam ineens Bolsward geworden?". En met al die vragen in mijn hoofd, reed ik, een beetje verward, door. Toen ik dacht dat de weg er helemaal mee op hield, kwam ik via een bakstenen noodweggetje, midden in de aanlegwerkzaamheden van van de N359 terecht. Na eerst nog, door de chaotische bebording, fout te zijn gereden, vond ik mijn weg naar de A7 terug en reed naar huis. Toch bleef het daar niet bij, want wanneer het precies landde, weet ik niet meer, maar ineens was daar die verpletterende gedachte van: "Sufkop, die je bent, je had een foto moeten nemen!" Tja........

Maanden later speelde het allemaal nog steeds door mijn hoofd en erger, de verwarring kwam opzetten. Was het nou Bolsward of misschien Drachten. Om wat meer zekerheid te krijgen waar ik precies was geweest, reed ik de hele route via Google Streetview, wat me toch echt de bevestiging gaf, dat het Bolsward was geweest, maar dat grote rode hart kon ik op die foto`s helaas niet terugvinden. Dan bleef er natuurlijk nog maar één ding over. Teruggaan en de route over rijden. Dat deed ik maanden later, om er achter te komen, dat de N359 daar klaar was, maar het "I ❤️ Bolsward" er niet meer stond.

Weer wat maanden later kwam Suzanne naar mij toe want zij wilde een ritje naar Leeuwarden. Onder het Stephensonviaduct was een prachtige graffitti gemaakt van Joost Klein, waar zij, als fan, een foto van wilde maken. Als ik dan zou rijden, dan kon zij een foto maken, evt. zelfs uit het raam, want het was op Maps al te zien, dat het een behoorlijk drukke weg was, waar even de auto stilzetten geen optie zou zijn. En ik, altijd in voor een ritje, wilde dat maar al te graag. Na behoorlijk wat zoeken, want industriegebied De Zwette is groot, vonden we het viaduct en na er een paar keer onderdoor en heen en weer te hebben gereden, waren er voldoende foto`s gemaakt.

Uiteindelijk reden we in zuidelijke richting De Zwette af en ineens valt mijn oog op een zo wel bekend beeld, met het grote rode hart. Het stond links langs de weg, een beetje verborgen achter een rijtje bomen, dat wel, maar ik herkende het meteen. Ooh, zou dat mijn verloren "Bolsward-hart" zijn? Hoewel het de naam "Bolsward" verdwenen was en ik me niet goed meer herinner wat er dan wel op stond, ging ik bij de eerste stoplichten linksaf, want nou toen wilde ik het weten ook. Na even zoeken belandden we voor een dichte slagboom, waar achter zich een enorme grote en bijna lege parkeerplaat bevond. Helemaal aan het eind en dus heel ver weg, zag ik wat auto`s en het grote rode hart. Ook bij de slagboom, stond een dame met een geel hesje, die blijkbaar in dienst genomen was, om alleen mensen door te laten, die er wat te zoeken hadden en of het fotograferen van een hart, nou een goede reden zou zijn om ons door te laten, viel te betwijfelen. Ineens hoor ik rechts van mij de opmerking "Dat doe je niet hoor!!". Haha, ik kon het weten, Suzanne kent me goed en zag dus heel duidelijk weer een van die "gekke" invallen van haar moeder aankomen, wat ze, op z`n zachts gezegd, niet altijd even leuk vond. En ja, wat doe je dan, als een net opgevoede moeder?. Precies, Ik droop af, maar lekker zat het me niet.

Eergisteren kreeg ik weer een appje van Suus. Of we even naar Leeuwarden konden, want zij had gezien, dat er op het archief, annex museum en bibliotheek, genaamd "Tresoar" een hele mooie afbeelding van Joost Klein stond en of we de truc van het Stephensonviaduct nog eens konden herhalen. En passant konden we dan nog even kijken of de afbeelding van Joost nog onder het dat viaduct stond en zo niet, wat er dan wel te zien was. Natuurlijk was ik, net als altijd, weer in voor zo`n ritje, dus gingen we gisteren weer met z`n tweetjes de Afsluitdijk over. Het was een mooie dag, ondanks het weer, dat het behoorlijk liet afweten. Om kort te zijn; de afbeeldingen op Tresoar waren schitterend, de Oldenhove is nog steeds even scheef en onder het Stephensonviaduct is Joost veranderd in de The Pink Panther. Allemaal even mooi. Maar het leukste was wel dat Suzanne ineens mijn hart zag. Het stond daar zomaar, zijn "I", helaas  verloren in de tussentijd, maar wel met het grote rode hart, op een grasveldje bij de rotonde van de Groeneweg. En bij deze nog dank aan Suus, die, heel lief, zich heeft laten nat regenen voor een foto ervan.



Tijdens de rest van de dag leerde ik Noordoost Friesland kennen. Sumar, Feanwalden [nog meer Joost], De falom, Twijzel, Eastermar, Westergeast, Walterswald, Aldwâld, etc. Het zijn allemaal plaatsen waar we nog nooit van hadden gehoord en we zijn dan ook zeker van plan dit rondje nog eens over te doen bij wat beter weer.

[foto`s: Suzanne]

zaterdag 17 augustus 2024

Belfast, de stad en de film

Ik kijk niet zo vaak films, om het simpele feit, dat, ik me niet langer dan anderhalf of langer achter elkaar kan concentreren. Natuurlijk zou ik in delen kunnen kijken, maar dat lijkt me eerlijk gezegd, helemaal niets. "Hoe dat komt?". Vraag het me niet, want ik heb geen flauw idee. Gisterenavond lukte het echter wonderwel. Afgaande op de titel, had ik deze film een paar avonden terug al opgenomen en ik was er die avond dus eens goed voor gaan zitten. Toen ik hem gezien had, zat ik diep onder de indruk en nasnotterend op de bank, maar al tijdens de film, was ik in gedachte helemaal terug in Belfast. We liepen met z`n viertjes [Karel, Suzanne, Arie en mijn persoontje] op Donegall Place en later in de “Royal Ave”, een drukke winkelstraat in Belfast. 


Het begon al donker te worden en de verlichte etalages en straatverlichting weerspiegelden in het natte wegdek, waardoor het meer leek op een winkelstraat tijdens de kerstinkopen in december, dan op een druilerige zaterdagmiddag, half maart 1999, de tijd dat wij er waren. Er heerste een ontspannen sfeer. De onderhandelingen over vrede waren al een tijdje aan de gang en er was nauwelijks iets te merken van ”The Troubles”, zoals de Engelsen het zo fijntjes uitdrukken, die helaas al jaren aan de gang waren. Het enige wat we zagen, dat deed denken aan die verschrikkelijke gevechten, was één militair pantservoertuig, dat, ondanks, dat het ding me bijna van de sokken reed, een voertuig was, wat er op een drukke zaterdagmiddag in een winkelstraat, niet zou moeten zijn. Aan de andere kant, deed dat me natuurlijk wel weer realiseren, dat die rust niet zo vanzelfsprekend was.

Maar dan die film, die me teruggezogen heeft in die tijd. Hij heette, zoals ik al schreef, "Belfast" [uit 2021] en begint [ in kleur] met opnames vanuit een drone, die boven de grote “Titanic-scheepswerf” van Harland and Wolff hangt, waarbij die karakteristieke gele ijzeren stellages met de vermelding H & W erop, onder je door glijden. . Daarna wordt de film zwart-wit en zoomt in op een een straatje in een volkswijk in 1969, waarin Buddy als 9-jarig jongetje met zijn ouders, broer en zus, in een klein huisje woont. Het is 1969 en de onenigheid tussen de protestanten en katholieken begint serieuzere vormen aan te nemen. Buddy`s ouders zijn protestant, maar willen van de onenigheid liever niets te maken hebben. Zijn vader werkt ergens in de buurt van Londen en komt alleen in de weekenden thuis.

Schrijver van het verhaal en regisseur van de film is Kenneth Branagh, die ik eerder al zag in de fantastische rol van Wallander, en hij heeft in deze film, via de 11-jarige Buddy, zijn eigen jeugdherinneringen verwerkt. Een blik in de IMDB levert me nog een verrassing op. Ik zie dat zijn moeder wordt gespeeld door Caitriona Balfe, een naam, waarbij me ineens een lichtje ging branden. Ja, natuurlijk, Claire Beauchamp van de serie Outlander, waarvan ik vijf seizoen had gezien. Al kijkende zag ik nog een bekend gezicht en ik vroeg ik me ineens af, wie toch "Ma" was. Aarzelend dacht ik "Het lijkt Judy Dench wel" en dan meteen: “ Maar zo`n topactrice in een zo`n [toen nog voor mij] onbekende film, dat kan ik me nauwelijks voorstellen?”. Toch was ze het. Zo knap om toch nog te spelen, omdat ik weet hoe hard haar gezichtsvermogen achteruit is gegaan, op haar hoge leeftijd. 

Maar de absolute topper voor mij is Jude Hill, die op 11 jarige leeftijd Buddy speelt. Die kende ik uiteraard nog niet, want daar was hij nog veel te jong voor, maar ik zal hem nu niet snel meer vergeten. Wat een acteur, die jongen, daar zullen we vast nog meer van gaan zien en horen. Maar goed, natuurlijk ook alle eer aan alle anderen, die er met z`n allen zo`n schitterende film van hebben gemaakt. Het laatste wat ik nog wil vermelden, is het gebruik van de sfeervolle overgangen van kleur- [heden] naar zwart-wit opnames [1969], die de film nog een extra tijdsbepalende dimensie geven. Wat ik al schreef, ik was helemaal onder de indruk, zowel door de film, als door het "even terug”, naar een stad, waarvan ik het nog steeds heel bijzonder vind, dat ik er eens ben geweest. Dat wilde ik even kwijt, want het werd een Iers avondje, dat ik niet snel zal vergeten.
=======================================================================================================

Ps.1 blijkbaar was mijn enthousiasme over de film zo gek nog niet, want velen zijn het er duidelijk mee eens. Na wat googelen ontdek ik dat deze film, vele malen in de prijzen is gevallen, waaronder een een Oscar voor het beste originele scenario en een Golden Globe voor beste Script.

Ps2. Mijn foto van Belfast is niet best, maar ik koester hem. Van de schamele drie, die ik heb, is dit de enige, die wat van de stad laat zien en ik heb geen idee, waarom ik er maar zo weinig heb gemaakt. 1999 was natuurlijk nog predigitaal, dus ik denk dat daar de oorzaak ligt.

Ps3. De "filmfoto" heb ik even "geleend" van de IMDB. Er waren zoveel dezelfde, dus ik dacht, dat moet kunnen. Bedankt hiervoor!

donderdag 8 augustus 2024

Het lokje in de spoortuin

Zomer 2010 stond er ineens een lokomotiefje bij ons in de spoortuin. Hoe hij daar is gekomen, daarvan had en heb ik nog steeds, geen flauw benul. Een speeltuin was de spoortuin zeker niet, dus wat dat betreft schoot het zijn doel compleet voorbij, maar natuurlijk riep het bij mij wel de nodige vragen op. Wilde iemand hem anoniem kwijt? Of was er een stoomtrammedewerker, die dacht ons er een "plezier" mee te doen. Vragen te over, maar het antwoorden kwamen er niet.

We wisten niet zo goed wat we er mee aan moesten, want er kwamen nauwelijks kinderen op het perron en of we die aanwezigheid van dat speelgeval nou leuk vonden, laat ik maar even in het midden. Sommige stoomtram medewerkers vonden dat zeker niet, dat hoorde ik wel in de wandelgangen. Zij vonden dat beslist niet "historisch verantwoord" was, aan de jaren 1920 van de vorige eeuw, welk tijdperk de tram tot doel had uit te beelden. De enige die er eens op heb zien spelen, was onze kleinzoon, die erbovenop ging staan.

Wanneer het noodlot toesloeg weet ik niet, maar ineens lag het lokje om. Natuurlijk stond er geen naamkaartje bij wie het had gedaan, want dat het niet vanzelf was omgegaan, dat was zonneklaar. Daar was hij veel te zwaar voor, maar het wakkerde mijn gevoel weer aan, dat het lokomotiefje maar nauwelijks werd gedoogd. Maar ja, zo op z`n kant was het natuurlijk helemaal geen gezicht. Toch gaf ik niet op. Ik maakte een foto en plaatste hem op facebook, met de opmerking, dat ik dit toch eigenlijk wel een erg zielig vond. Kijk en dan is fb toch wel erg leuk, want binnen een paar uur hadden we hulp en met z`n drietjes hadden ze het lokje in no-time weer overeind.



Het ding heeft nog een tijdje in de spoortuin gestaan, maar ging, door regen en wind, steeds verder achteruit, waardoor ik, mede door het ongemakkelijke gevoel wat ik erover had, niet meer wist, wat ik er verder mee moest doen. Ineens kwam er hulp opdagen. Iemand, die wilde het lokomotiefje heel graag opknappen en zou het dan in zijn tuin plaatsen. Een prachtoplossing, waar we heel blij mee waren. Geen boze gezichten meer en een mooie bestemming, win-win, beter kon het niet. We kenden de mensen niet, maar dat maakte ons niet uit. Twee dagen later haalden ze hem op en de spoortuin was weer leeg.

En wie denkt dat wij het lokje daarna nooit meer zouden zien, heeft het mis. Wat blijkt....toen ik, intussen weer verhuisd naar Grootebroek, eens door Bovenkarspel reed, zag ik hem tot mijn grote verrassing, zomaar ineens. Hij stond, in een voortuin, die maar twee huizen verder lag, dan het huis van een hele goede bekende van ons. Het was prachtig opgeknapt en weer heel goed bestand tegen weer en wind. Ik vond het reuze leuk het daar, zo goed op zijn plek, weer terug te zien.


 
Wie tegenwoordig langs station Opperdoes komt, ziet een schitterende spoortuin, met vanalles erop en eraan, wat je meteen terugbrengt naar de jaren 1920, maar een lokje, zal je er niet vinden. De huidige bewoners hebben het allemaal schitterend gedaan, maar bij het zien ervan, moet ik toch nog wel eens denken aan hoe het was. Een kale tuin met een lokomotiefje......... een beetje een zielig lokje, waarvan ik het gevoel had, dat het er niet mocht zijn.

donderdag 25 juli 2024

Centraal Station Amsterdam

 


Ken je dat?

Om rond het middaguur, eerst even te zoeken tussen de opgenomen programma`s van de afgelopen tijd en dan met een bord op je knieen en je voeten op de salontafel, een broodje te eten. Dat is genieten. Sport vermijdend, ben ik best blij met al die herhalingen en de opname-app maakt overuren. Momenteel is het programma Handhavers/Overtreders in mijn vizier en ook krijg ik nu eindelijk de kans om de tv serie Flikken Maastricht eens helemaal in zijn geheel te bingen. Maar goed, daar wilde ik het nu niet over hebben.

Terug naar Handhavers/Overtreders. Dat roept bij mij een heleboel herinneringen op. Ik zie veel plekken van Nederland, die voor mij bekend zijn, maar het leukste vind ik Frans en Anil, die trachten de boel op het Centraal Station te Amsterdam, veilig en schoon te houden.

In mijn herinnering zie ik nog steeds een Centraal Station, in de deplorabele en vaak vieze staat van "voor de verbouwing", met zijn donkere gangen, eindeloze trappen en slechts voor een paar perrons, de luxe van een roltrap. Die laatste, was er zeker niet bij spoor 15, de homebasis voor de trein naar Enkhuizen. Daar was het afzien. Geen enkel confort, een bankje of roltrap kon er niet af, maar we moesten het daar doen met kale trap en te hoge en altijd smerige ramen, waar ik op mijn tenen staand, tussen de vuiligheid, misschien iets kon zien, wat totaal onbelangrijk was. Een handhaver of beveiliger heb ik nooit gezien, dus zeker `s avonds voelde ik me, zeker als ik alleen was, op spoor 15, niet echt op mijn gemak.

Neem dan nu. De enige keer dat ik het nieuwe station zag was in 2018. Ik wist toen al niet wat ik zag. Zo mooi was het allemaal geworden, maar nu zag ik op tv, dus ook een totaal ander facet van de vernieuwing van de afgelopen jaren, tw. BOA`s en Handhavers die het station schoon en veilig houden en grote borden, waarop staat, wat allemaal wel, maar vooral wat allemaal niet mag. Of iedereen er zich aan houdt is natuurlijk een tweede, maar er wordt wel op ze gelet en er wordt ingegrepen als het nodig is. Ongelofelijk, want denkende aan mijn eigen ervaring, herinner ik me één van mijn grootste irritaties uit die tijd. Niet de vertragingen, want daar was altijd wel een mouw aan te passen met koffie of een boek, maar het eeuwige roken van de medereizigers. Niet in de trein zelf, want dat ging met zijn "niet-roken" coupé`s meestal wel goed, maar op de perrons, dat was een heel ander verhaal. Als ik daar rustig op de trein stond te wachten dan ging er altijd wel iemand naast me staan roken. Dan kon ik niets anders doen, dan weggaan en ergens anders gaan staan, waar hopelijk geen roker in de buurt was. Of als ik net op een bankje was gaan zitten, dan kwam er iemand naast mij zitten, die even rustig een sigaret op stak. Dan was ik degene, die vertrekken kon, want aanspreken op hun gedrag was geen optie. Ze deden niets verkeerds en dat ik nou toevallig roken goor, vies en ongezond vond, daar hadden zij geen boodschap aan.

Dat zou dus nu op Centraal Station nieuwe stijl, verleden tijd moeten zijn. Het klinkt voor mij allemaal nog te mooi om waar te zijn, en het zal heus allemaal niet zo gladjes gaan, als het was gepland, maar toch..... De Frans en Anil`s van Amsterdam doen hun stinkende best, waardoor een voor mij totaal ondenkbare situatie van een rook-, drank- en slapersvrij Centraal Station in Amsterdam, zowaar nog werkelijkheid lijkt te gaan worden. Een droom? De tijd zal het leren...........




vrijdag 31 mei 2024

The Beatles in Amsterdam

Opperdoes, 2 januari 2006 


Wat ik in mijn stukje over de winter van 1963 al schreef was wonen in Amsterdam best wel leuk. Er gebeurde altijd vanalles en we gingen als het eventjes kon wel even een kijkje nemen. In het begin samen met mijn ouders, maar later, toen ik wat ouder werd kwam de hele stad per fiets binnen mijn bereik te liggen en daar heb ik nogal eens van geprofiteerd. De absolute topper was het bezoek van de Beatles aan Amsterdam, waarvoor ik de enige keer in mijn leven heb gespijbeld. Even moesten ze het bij Schoevers maar zonder mij doen en dat ik dat toch echt van te voren gepland had blijkt wel, omdat ik mijn fototoestel bij me had.





Op 5 juni 1964 stond ik dan ook tussen een rijen gillende meiden op een brug over de gracht in Amsterdam. De Beatles stonden in een rondvaartboot en er bevonden zich zoveel veiligheidsmensen om hen heen, dat het moeilijk was om te zien wie wie was. Jammergenoeg was Ringo Starr er niet bij want die lag met een keelontsteking in het ziekenhuis, maar drummer Jimmy Nicol verving hem, en dat mocht de pret beslist niet drukken.


Sommige tieners sprongen in de gracht, maar die werden er subiet door de politieagenten uitgevist zonder dat ze maar een schijn van kans hadden om bij de rondvaartboot in de buurt te komen. Daarna ben ik naar de Munt gefietst zodat ik ze ook nog heb zien verschijnen op het balkon van het Hotel L`Europe. Het was daar al net zo`n heksenketel als tijdens de rondvaart door de grachten, maar het was een onvergetelijke gebeurtenis die ik voor geen goud had willen missen. De sfeer van zoiets valt niet te beschrijven en het feit dat ik me dat nog allemaal zo goed kan herinneren, zegt wel iets over de indruk die de gebeurtenis heeft achtergelaten.

Zelden heeft het bezoek van een popgroep zo`n impact gehad. Ook het optreden van hen in de veilinghal van Blokker is legendarisch. Zo bijzonder is het allemaal geweest dat er op de dag af 35 jaar op zondag 6 juni 1999 een monument is onthuld in Blokker vlak bij de plaats waar dat optreden had plaats gevonden. Daar rij ik nog wel eens langs en dan moet ik nog steeds met een glimlach denken aan die geweldige dag in Amsterdam, die ik nooit vergeten zal.

[Deze foto is gemaakt op 18 september 2003] 


Grootebroek, 31 mei 2024

Tot zover mijn stukje uit 2006. Ik heb nooit kunnen denken, dat ik op dit stukje nog eens een vervolg zou schrijven, maar toen ik gisterenavond op tv het programma "Het wonder van Blokker" had gezien, wist ik meteen dat ik nog iets moest toevoegen aan mijn verhaal.

Natuurlijk wist ik dat Ringo Starr er niet bij was tijdens dat concert, want dat had ik in Amsterdam, tijdens die grachtentocht, al gezien. Ik kan me daarom, het dillemma van de mensen daar in Blokker goed voorstellen, want wie zet je dan op het monument ter ere van dat roemruchte concert in de veilinghal? Ringo Star was er dan wel niet bij die dag, maar hij was wel één van de "grote" vier of de invaller Jimmie Nicol, die de sterren van de hemel drumde. Vanaf het moment dat het beeld werd geplaatst in 1999, stond Ringo Starr op het monument, maar in 2013 besloot met dat het toch anders moest.


 Vol verbazing hoorde ik, zittende voor de tv, gisterenavond, dat hele gebeuren aan. Ik kom met de auto regelmatig langs het monument, maar dat was me echt niet opgevallen. Dat kan ook eigenlijk niet, want op die malle kleine rotonde heb ik al mijn aandacht nodig, dus is op dat moment, een snelle blik op het beeld en een "flits-herinnering" aan de grachtentocht in Amsterdam, datgene, waar ik het mee moet doen. Vanmorgen ben ik maar even gestopt en heb wat nieuwe fotos genomen. En kijk........zo ziet het er nu uit.



maandag 27 mei 2024

File




Ik ben van nature niet nieuwsgierig, maar wil wel graag alles gezien hebben. Vandaar dat ik al een tijdje liep te denken om een keertje de A7 af te zakken om het hele gedoe bij Purmerend, dat sinds vorige week, door de extra versmalling, nog een graadje erger geworden was, zelf te ervaren. Vanmiddag om een uurtje of één, zag ik mijn kans schoon. Teletekst meldde dat er 3 km file stond vanuit de richting Avenhorn, met een extra tijd van ongeveer van 5 minuten. Nou die gok wilde ik wel nemen. Onder het mom van een boodschapje bij AH in het winkelcentrum aan de Burgemeester D. Kooimanweg ging ik op weg. Vlak na Avenhorn belandde ik al in de file. Oeps, Teletekst, dat hadden we niet afgesproken!. En jahoor, je raadt het al. Na een klein half uurtje, zag ik de afslag Purmerend-Noord in de verte pas opdoemen en die was verleidelijk leeg. Laf en helemaal niet tevreden, want ik was de werkzaamheden nog niet gepasseerd, ben ik de A7 afgegaan, want ik en linkervoet waren dat optrekken en stilstaan helemaal zat. Dat was dus 1-0 voor Rijkswaterstaat!

zondag 19 mei 2024

Seinklokken en klokseinen

Wat is en kloksein:

Wikipedia:

.....Een kloksein is het belgeluid dat door een seinklok wordt gegenereerd bij een naderende trein. De overwegwachter werd vroeger voor een naderende trein gewaarschuwd door een belsignaal van een seinklok (overwegklok). Hij wist dan dat hij de bomen of rolhekken moest sluiten.De seinklokken waren voorzien van een mechanisch slagwerk, dat elektrisch op afstand in werking werd gesteld. Een paar keer per dag moest de wachter het mechanisme weer opwinden...........

Maar ik als leek en passagier zou het anders willen omschrijven. Voor mij lijkt een seinklok meer op een 2 meter hoge [meestal] witte ijzeren paddestoel met een kloksein dat klinkt alsof er met een zware ijzeren hamer tegen een kerkklok wordt geslagen.

=====

Toen ik een paar dagen geleden boodschappen ging doen bij Appie in Nibbixwoud kwam ik langs station Wognum van de Museum Stoomtram Hoorn-Medemblik. Ineens viel mijn oog op de seinklok, die daar op het perron wel erg schoon, groot en wit stond te wezen. Daarna dacht ik ineens, dat het er zonder Roland Paul waarschijnlijk heel wat kaler zou hebben uitgezien daar op het perron. "Hoezo?", zullen de nieuwelingen onder de tramvrijliggers van de bovengnoemde lijn en overige geinterresseerden zich ongetwijfeld afvragen. Wel dat is een heel verhaal, dus ga er maar even voor zitten.

In de voor ons gouden tijden als vrijwilligers bij bij de stoomtram, hadden Karel en ik twee medewerkers leren kennen, die meer werden, dan alleen maar "collega-vrijwilliger". Die twee waren de heren Arie van der Spek uit Den Helder en Tom Kamstra uit Landsmeer. Aangevuld met de Lena, de vrouw van Tom en ons tweetjes, werd het een groepje van vijf, die in die jaren intensief met elkaar zijn omgegaan. Vanalles deden we samen.

Tom had een Zwitserse vriend, Roland Paul, die in Bazel woonde en volkomen in het rijtje paste. Hij was net zo gek op treinen als Tom, Arie en Karel en daarbij woonde hij nog eens in Zwitserland, wat natuurlijk een eldorado was [en is] voor treinenliefhebbers. Tom en Lena hadden Roland en zijn vrouw Ruth leren kennen in één van de veelvuldige vakanties met de kinderen in Zwitserland en daar ook hadden ze hun gezamelijke passie ontdekt. Toen Roland een keer in Hoorn was, zag hij bij het station een seinklok staan. Blijkbaar dacht hij er verder over door, want ineens zei hij, dat het wel goed in het historische plaatje zou passen als er in Wognum, Twisk, Opperdoes en Medemblik ook een seinklok zou staan. Ook vertelde hij, dat er in Zwitserland, net als in Nederland, nogal wat van die dingen waren weggehaald, en hij er waarschijnlijk wel een paar op de kop kon tikken. [Waarbij ik echter wel even wil opmerken, dat Roland, hoewel hij door die jarenlange vriendschap met Tom en Lena een behoorlijk mondje Nederlands sprak, hij dit ongetwijfeld in iets andere bewoording heeft gezegd].

Toen Tom bericht kreeg dat hij er eentje had staan, was de volgende vraag natuurlijk, "Hoe komt die seinklok in Hoorn?". Even laten opsturen was ondenkbaar, want het ding mocht dan wel gedeeltelijk uit elkaar liggen, het waren, oneerbiedig gezegd, een paar grote onhandelbare en loodzware stukken ijzer. Dus zat er niets anders op dan de seinklok zelf maar te gaan halen. En aangezien een ritje Zwitserland beslist geen straf was, zelfs al was het een saaie lange rit over de autobahn, moesten we er maar even van profiteren. Arie had een 8-persoonsbusje gehuurd in Den Helder en ondanks het feit, dat ook die seinklok terug in de bus moest, hebben we onze groep voor die gelegenheid maar uitgebreid, want met lege stoelen maak je ook geen lol. Dat was een mazzeltje voor onze dochter Suzanne, die ook wel zin had in een weekendretourtje Bazel.

Op 29 september 2000 zakten we de autobahn af. Op instructies van Roland, gingen we er vlak voor de grens af, om zo een duur autobahn-vignet te ontlopen. In Riehen passeerden we de grens en reden vlak daarna de stad binnen. Het was een superweekend, waarin we veel hebben gelachen, leerden wat kaasfondue is en niet uitgekeken raakten op de enorme verzameling Erzgebirge houtsnijkunst poppetjes van Roland, die hij ook op de grote kerstmarkt van Basel verkocht.



Hij woont in de oude stad vlakbij het imposante SBB station van Bazel. Natuurlijk gingen we daar even kijken, want een zo mooi station, wat ook nog eens in twee landen ligt, dat zie je niet elke dag. Net om de hoek bij zijn huis stond zijn drogisterij en op het kleine binnenplaatsje daarvan lag de seinklok al op ons te wachten. Er werd veel gezwoegd en gesjouwd en na wat passen en meten zat alles in de bus. In het midden tussen de stoelen lag, in de lengte, het grootste en langste deel en hoe het er verder in heeft gelegen weet ik echt niet meer. Wel herinner ik me nog dat bepaalde personen er wat moeite mee hadden hun ledematen ergens passend te parkeren.

                                                                



Heel zwaar beladen gingen we terug. Net onderweg kwam het spannenste gedeelte van de reis. Hoewel Roland het er even over had gehad, was het ons niet helemaal duidelijk of we met dat kloksein zomaar de grens over mochten. Roland had het woord "officiele papieren" zo`n beetje weggewuifd, maar zei dat het "waarschijnlijk" geen problemen zou opleveren. Daar moesten we het mee doen. We1 zaten elkaar op dat korte stukje voor de grens driftig moed in te spreken en de goede raadgevingen voor de chauffeur [Tom dacht ik] waren niet van de lucht. "Gewoon doen" was de algehele opinie, dus geen zenuwachtig gegiechel en zeker geen idiote opmerkingen laten horen. We hielden het ding zoveel mogelijk uit zicht. Hij lag uit voorzorg al onder ons en de bagage en we hoopte er verder het beste van. Ik denk dat tijdens die grenscontrole bij iedereen het hart wel even sneller heeft geklopt, maar gelukkig ging alles goed en zonder tegenslag kwamen we in Opperdoes aan. Maar niet zonder even in Hoorn onze aanwinst te hebben laten zien.


Roland heeft daar in Zwitserland keihard voor ons gewerkt, want we zijn nog twee keer teruggegaan [op 10 juni 2005 en 11 mei 2007], zodat er, met Nederlandse aanvulling, anno 2024 in Opperdoes, Twisk, Wognum en Medemblik een seinklok op het perron staat. Nog twee keer passeerden wij die verhipte grens met een hele en/of delen van een seinklok aan boord, terwijl de spanning in de auto te snijden was. En dat, terwijl ik anderhalf jaar later kon lezen, dat die hartslagverhogende grenscontroles waren afgeschaft. Wat Roland precies voor de tram "georganiseerd" heeft, weet ik niet, maar ik ga er vanuit dat het minstens drie totale seinklokken zijn geweest. Hoe al die seinklokken over de stations zijn verdeeld, weet ik niet, alleen dat de eerste die we hebben gehaald compleet in Opperdoes staat. Maar, ach belangrijk is dat niet. Wat er wel toe doet, is dat ze er staan met van mijn kant een enorme pluim voor al die medewerkers die ze weer in elkaar en zelfs werkend hebben gekregen. Respect!

En bij Wikipedia lees ik verder........Op sommige museumlijnen zijn seinklokken aanwezig en soms ook echt in gebruik...... Wow! Het staat er echt en wij, ons groepje van vijfplus en vooral Roland Paul hebben er mede aan bijgedragen, dat ze dit kunnen schrijven. Geweldig!

woensdag 10 april 2024

Een vraagje met antwoord van Appie

Bij het doorzoeken van allerlei archieven ben ik er toevallig achter gekomen dat minstens één van mijn voorouders, uit de fam. De Kluizenaar uit Dordrecht, in het verre verleden, blijkbaar een mysterieuze connectie met de firma Albert Heijn heeft gehad. Het intrigeert me extra, daar het een link heeft naar één van onze dochters. Suzanne werkt al meer dan 25 jaar hier in Westfriesland bij Albert Heijn en het zou toch wel heel bijzonder zijn, als mijn overgrootvader of opa ook op één of andere manier in verbinding heeft gestaan mijn dit bedrijf. Ik heb wat signalen gevonden, die daar op duiden, maar ik kan het doorslaggevende bewijs helaas niet vinden.

Mijn opa is Johan Leendert de Kluizenaar, geboren op 22 november 1883 te Dordrecht. Hij woonde van 8-9-1920 tot 21 januari 1935 met zijn gezin, tw. zijn vrouw [Marie] en twee dochters in de Bosboom Toussaintstraat 17 te Dordrecht. Op een foto, die ik koester, is het hele gezin te zien. Het kleine meisje met de grote strik in haar haar [Johanna Maria] is mijn moeder en haar moeder [mijn oma dus] staan beide op het balkon, terwijl mijn opa met mijn moeders zusje [Maria Wilhelmina] beneden in de tuin staan. Gezien de leeftijd en grootte van de twee meisjes zal deze foto, die bijzonder duidelijk is voor die tijd, ongeveer in 1927 zijn gemaakt en het huisnummer [17] is daardoor ook goed te zien.





Op een gezinskaart uit die tijd, die ik ook in een van de archieven gevonden heb, lees ik dat mijn opa, zijn vader, ongeveer een jaar voor zijn dood heeft opgenomen in huis, want hij is duidelijk als vijfde persoon later nog op de kaart geschreven. Die vader was Gerrit de Kluizenaar; geboren op 6-12-1847 en [wat ik op diezelfde kaart las en nog niet eerder wist] overleden op 18 juli 1931. Ik vond nog meer gegevens over hem wat betreft zijn beroep. Allereerst was hij, net als zijn vader en broer broodbakker, waarschijnlijk in de "familiezaak" op de Voorstraat 63 in Dordrecht, maar later vind ik vermeldingen van koekverkoper, snoepjesverkoper, slijter en winkelier, wat een beroepsrichting is, die heel goed aansluit bij een mogelijke samenwerking met de firma Albert Heijn.

Maar goed, terug naar de Bosboom Toussaintstraat 17. Na wat verder speuren vond ik de vermelding van een telefoonnummer op dit adres. Ik snapte er niets van. Een telefoonnummer op het adres van mijn overgrootvader of opa wat geregistreerd staat bij Albert Heijn. Hoe kan dat, want het is, getuige de foto, absoluut geen winkelpand ?



Ik vond trouwens nog meer. Dit komt uit het Handelsregister van de Kamer van Koophandel en fabrieken voor Dordrecht en omstreken.

"Wijzinging eener handelszaak" [1934]:



Ook hier wordt duidelijk een link gelegd van Albert Heijn N.V. naar bovenstaand adres met het juiste huisnummer, waar mijn opa en zijn gezin op dat moment nog woonde. Twee keer eenzelfde fout, bij twee totaal verschillende instanties, lijkt me toch echt geen schrijffout meer, dus zal er toch iets anders aan de hand zijn geweest.

De sterfdatum van Gerrit in 1931, haalde mijn theorie onderuit, dat Gerrit op zijn huisadres een zakelijk telefoonnummer had aangevraagd, terwijl hij wel degelijk iets met de winkel elders te maken had. De vermelding van het telefoonnummer was uit 1934, en toen was Gerrit al drie jaar overleden. Ook die wijziging van die handelszaak was in 1934. Dus daar geld hetzelfde voor. Maar niet alleen Gerrit, ook mijn opa had natuurlijk iets met de zaak te maken kunnen hebben? Toch bij nader inzien, kan ik me dat eigenlijk niet voorstellen, want hij was met totaal andere dingen bezig. Eerst iets met vernikkelen en fietsen en later werd hij huisjesmelker; een bezigheid, welke ik me goed kan herinneren, omdat we samen, opa en kleindochter, langs de huizen gingen om de huur op de halen.

Ik heb nog wel verder gezocht, en mijn verdere bevindingen zijn dan ook, dat er wel degelijk een Albert Heijn filiaal moet zijn geweest in de Bosboom Toussainstraat, maar het huisnummer 17 kwam ik verder niet meer tegen.

Een kadastrale vermelding uit van nog veel vroegere datum, tw 1921:



En een politierapport. Mijn eerste reactie was verbazing, want dat er in 1942 nog iets te stelen viel, had ik niet verwacht. Maar aan de andere kant; stroop uit een stroopemmer op de binnenplaats en kaassnippers? Om daar nou risico voor te lopen. Misschien was er toch niet zoveel meer te halen in de winkels. Eigenlijk heb ik geen idee, want het leven in die oorlogsjaren is voor ons, die dit niet hebben meegemaakt, niet voor te stellen.



Twee middagen ben ik helemaal ondergedompeld geweest in het leven van mijn voorouders en in het  Dordrecht, zo`n 20 jaar voordat ik er zelf geboren werd. Het was erg leuk, maar ondanks dat, ben ik er niet vanaf. Er blijven onopgeloste vragen liggen en erger, bij iedere ontdekking komen er nieuwe bij. Toch denk ik dat het verstandig is, om het maar even los te laten. Misschien vind ik tzt de oplossing wel. En zo niet? Dat is jammer dan en gaat deze raadsels, net als zovelen, onopgelost de geschiedenis in.

Ps......Dit naschrift verklaart eigenlijk de titel van dit stukje pas. Tijdens mijn zoektocht, kwam ook de "Stichting AH Erfgoed" voorbij. Misschien waag ik er nog wel eens een mailtje aan, want het zou toch wel leuk zijn, als zij mij, over die raadselachtige vestiging van hun filiaal in mijn opa`s huis, iets meer konden vertellen.

10 april 2024

Met dank aan de heer Martin Gerssen, die mij verwees naar de website Stichting Albert Heijn Erfgoed, ben ik een stapje verder gekomen in het raadsel rond mijn familieconnectie`s met Albert Heijn in het verre verleden, maar of ik er veel mee ben opschoten, is een ander verhaal.

De heer Gerssen zei mij in de mail, dat ik op hun website op plaatsnaam kon zoeken en toen ik Dordrecht in had getikt, had ik het heel snel een foto van een Albert Heijn winkel gevonden met het juiste adres. Geweldig dus........of toch niet? Want, hoewel ik een winkel had op het juiste adres, leek het pand in de verste verte niet op het huis, waarin mijn moeder heeft gewoond. Dat was weliswaar een tegenvaller, maar niet echt een verrassing, want ik had natuurlijk allang het vermoeden, dat er iets niet klopte.

 
De info bij de foto is duidelijk genoeg; daar was geen speld tussen te krijgen. Dus ik zat toch echt met twee verschillende panden op één huisnummer. Ik ging terug naar de website, want direkt naast de foto die ik vond, stond een tweede foto, die ik, vanwege het feit, dat hij precies hetzelfde was, in eerste instantie had genegeerd. Ook die klikte ik aan en las ook deze info ernaast. Die was hetzelfde op één cruciaal punt na; nl. het huisnummer. Ipv 17 stond hier 27 vermeld. Oeps, dat was nieuw en maakt de verwarring nog groter.

Zeker is in ieder geval dat er een winkel is geweest. In het handelsregister wordt het huisnummer 17 vermeld, en ik ga er schoorvoetend van uit, dat in zo`n officieel document geen fouten worden gemaakt. Er wordt daarin iets gewijzigd, maar "wat" staat er niet bij en het huisnummer 17 wordt overduidelijk genoemd. Ook de telefoonaansluiting wordt aangevraagd op nr. 17. Op beide aanvragen wordt het jaar 1934 vermeld. Waar komt dan ineens dat huisnummer 27 vandaan. Het klopt dan natuurlijk wel beter, want dan heb ik een woonhuis op nr. 17 en een winkel op nr. 27, maar waarom die aanvragen dan op nr. 17.

Wat heeft die overgrootvader van mij toch uitgespookt? Had hij er iets mee te maken of niet. Hij was een winkelier, dus zou het zomaar kunnen, maar nergens kan ik een link vinden tussen hem persoonlijk en de firma Albert Heijn. Geen idee dus, wat er zich heeft afgespeeld. De gissingen die ik in het eerste stukje heb gedaan, blijven dus allemaal nog fier overeind.

Voorlopig laat ik het even voor wat het is. Misschien komt er in de toekomst nog wel eens licht in de duisternis. En zo niet, helaas, dan blijft het voor altijd, wat onze familie betreft, verborgen in de geschiedenis.


Bronnen:
1. De zoekmachine van de Dortse krant "De Dortenaar" 
2. Het Handelsregister van de Kamer van Koophandel en fabrieken voor Dordrecht en omstreken 
3. De foto`s en heel spaarzame verhalen van mijn ouders 
4. Af en toe een herinnering van mij
5. Stichting Albert Heijn Erfgoed: https://albertheijnerfgoed.nl/

vrijdag 22 maart 2024

Fietsen

Vanmiddag reed ik op de Oosterwijzend en kwam daardoor langs de achterkant van het station Hoogkarspel. Toen ik die enorme grote fietsenstalling daar zag, schoot me ineens te binnen, hoe wij, tijdens onze "gezinsjaren" alles op de fiets moesten doen.

In mijn herinnering zag ik ons weer in die fietsenstalling staan. Nou ja, niet "die" fietsenstalling natuurlijk, maar in zijn identieke tweelingbroer in Bovenkarspel, want daar woonde we toen. De stalling was toen lang zo groot en mooi nog niet. Wij moesten het doen met een metalen geraamte voorzien van een simpele golfplaten overkapping, waar de regen en wind finaal onderdoor ging. Erin was het altijd een chaos, zo vol stond het er, wat tot gevolg had, dat je je fiets er altijd tussen moest proppen.

Op een moment waren we dat gehannis blijkbaar helemaal zat en hebben we voor de laatste jaren, dat Karel nog werkte, en dus nog steeds daar iedere dag zijn fiets kwijt moest, een fietskluis gehuurd. Ook niet ideaal, maar wel beter, want dan had je, in ieder geval, de garantie dat je fiets er, bij thuiskomst nog stond. Nadeel was wel, dat er maar één fiets in kon. Tenminste daar was hij voor bedoeld. Niet zo leuk natuurlijk, als we samen op stap gingen. Maar ook daar wisten we wel wat op, want met een beetje passen en meten, lukte het wel om, in die smalle kluis, er een tweede naast te zetten. Tenminste, erin ging nog wel, maar als je er, bij thuiskomst, één fiets eruit haalde, kwam de tweede spontaan mee, omdat de sturen en/of trappers in elkaar gehaakt zaten.

Ook herinner ik me nog een tweede niet zo fijn scenario als we thuiskwamen. Moe van de dag, waren we in de lichte en warme trein behoorlijk rozig geworden en dan moesten we in die toestand nog op de fiets naar huis. Als we geluk hadden was het niet donker, koud of nat, maar dat was helaas niet altijd het geval. Rillerig en door en door koud kwamen we vaak thuis.







Dit is natuurlijk maar één kant van het fietsverhaal. Gemakkelijk was het allemaal niet en achteraf begrijp ik niet, hoe ik het allemaal heb klaargespeeld. Boodschappen, sportclubs, zwemles, videofilms halen bij de videotheek, en ga zo maar door. Voordat de kinderen zelf gingen fietsen, had ik vaak één kind voor- en één kind achter op de fiets. Maar er moet zelfs een korte tijd zijn geweest, toen ik zwanger was van nummer drie, dat ik zowaar met drie kinderen op de fiets zat. Zoals ik het me nu voorstel, anno 2024, lijkt het me levensgevaarlijk, maar toen? Gewoon gaan, daar dacht ik echt niet bij na.





















De grootste uitdaging, ik noemde het al even, was uiteraard het boodschappen doen. Een supermarkt op loopafstand was er in de Hertog Albrechtstraat helaas niet bij, dus ploeterde ik met fiets- en boodschappentassen op een volgeladen fiets gewoon door. Op een gegeven moment werd het me blijkbaar toch te gortig en heb ik een fietskar gekocht. Iedereen deed er lacherig over en ik voelde me ook wel opgelaten om met dat ding de weg op te gaan. Men bekeek me soms als het derde wereldwonder, maar het was eerlijk gezegd een reuze handig ding. Zelfs aan hobbymarkten in de buurt, kon ik op die manier deelnemen. Alle verkoop- en hobbytroep kon in die kar.

 
Maar het was niet alleen kommer en kwel. Ondanks dat ik, door deze leefwijze, fietsen nooit als een recreatieve bezigheid heb gezien, maar slechts als pure noodzaak, maakte we toch, zo heel af en toe, wel eens een fietstochtje door de regio. Dat was dan eigenlijk meer om eens iets van de omgeving te zien, dan om verantwoord sportief bez[ig te zijn. Want zeg nou zelf, hoe hadden we anders iets van "buiten Bovenkarspel" moeten zien. [foto: Andijk 1972]


 Toen Karel met de vut ging en een OVjaarkaart niet meer rendabel was, kwam er wat geld vrij voor autorijlessen. De onverschillige reactie van manlief ten spijt, ben ik er, in eerste instantie , schoorvoetend, voor gegaan. Het bleek later één van de beste beslissingen van mijn leven te zijn geweest, want na het behalen van mijn rijbewijs, werd ons leven er totaal anders door.

dinsdag 13 februari 2024

Kratten en kistjes

 Dat de Nederlanders, of liever gezegd "de Hollanders", zoals ze vroeger genoemd werden, goede handelaren zijn geweest, is door de eeuwen heen wel bewezen. Steeds weer worden wij er in boeken en tv programma`s, op allerlei manieren op gewezen, dat onze voorouders, in het roerige verleden, aardig wat handelswaar heen en weer hebben gesleept. Of dat altijd netjes en volgens de regels is gegaan, zullen we maar even het midden laten, maar dat diezelfde handelsgeest in de 21e eeuw nog steeds aanwezig is, ontdekte ik bij het vinden van twee hele simpele "bewijsstukken", die kilometers ver, van elkaar verwijderd waren.


In maart 2000 waren we met z`n viertjes tw. Suzanne, Karel, Arie en mijn persoontje in Schotland. Het was een koude dag en we hadden net een schitterende autorit achter de rug,  die vanuit Roybridge, dwars door de Highlands, naar Mallaigh ging, een plaatsje aan de westkust van het land. Na de lunch in een restaurantje daar bij de haven, liepen we, in een nog steeds koud en intussen ook vrij nat straatje, terug naar de auto. Ineens was ik Arie kwijt. Ik keek achterom en schoot in de lach. Hij zat voor een stel rode plastic bakken en was bezig daar een foto van te maken. De manier waarop hij was neergestreken was al een foto waard en al lachend zei ik tegen hem "Zit jij hier nou echt een paar rode plastic bakken met wat zielige bloemetjes erin te fotograferen? Ik kreeg geen antwoord, zo druk was hij bezig, maar toen ik beter keek, zag ik waarom. Op de rode kratten las ik de vertrouwde naam "Eigend. Visafslag Scheveningen" en dat had hij dus heel goed gespot. Verbaasd reageerde ik verder in de trant van "Huh, hoe zijn die nou hier beland?", wat natuurlijk een domme opmerking was, want ik zag alleen maar vissersboten om mij heen.



Toch kon ik het niet laten om me af te vragen of die Schotten nu echt onze viskratten moesten pikken om er zulke onflorissante bloembakken van te maken. Ik moest toegeven, dat ze eigenlijk wel creatief waren, maar dat door hun meewarige staat, de naam "Scheveningen" weinig eer werd aangedaan. Maar ja, wat wilde ik dan ook in een tijdstip van het jaar wat totaal ongeschikt was, om er een fleurige boel van te maken.

Het tweede "bewijs" zag ik de zomer van 2011. Met Karel was ik in het Noorse Bergen en zoals een goede toerist betaamd, moet je, als je daar bent de "Bryggen" [een heel oud deel van Bergen met allemaal houten huizen] niet overslaan. Ondanks dat het juni was en geen maart, zoals bij het voorgaande voorval, was het er even koud en er dreigde een enorme hoosbui los te barsten. Verder was het er stervensdruk, zodat ik de indruk kreeg, dat alle landen van de aarbol, met tenminste een koppeltje mensen, vertegenwoordigd waren. Ik stond voor een grote souvenirwinkel en geloofde mijn ogen niet. In de etalage stonden geen viskratten dit keer, maar fruitkistjes uit de Betuwe.



Het opschrift "Midden-Betuwe" en daaronder "Zetten", was prominent aanwezig en ook hier heb ik me natuurlijk afgevraagd, hoe die daar terecht gekomen waren. Maar wat in Mallaigh, zonneklaar was, vond ik in Bergen niet zo eenvoudig en ik kwam niet veel verder, dan een gedachteflits van een Noors 5-sterrenrestaurant met een speciaal dessert, bestaande uit een grote [Betuwse] kers op de heel bijzondere taart. De winkelier had handig gebruik gemaakt van deze Nederlandse kistjes om zijn waren aan te prijzen en ik bedacht me meteen, dat er, tussen al die hordes mensen, die er rondliepen, er weinig zullen zijn geweest, die het was opgevallen, dat de kistjes daar in die etalage stonden, oorspronkelijk uit de fruittuin van ons kleine landje kwamen.

vrijdag 26 januari 2024

Steep roads and hidden deeps

Ha, handig dat Google Lens. Een knap staaltje digitale techniek, waar je vanalles mee kan doen, maar voor mij was het een handige manier om bij de foto`s, waarvan van ik in het verleden te lui was geweest, om de plaatsnaam erbij te zetten, dit alsnog te doen. Die bewuste plaatjes moesten natuurlijk wel digitaal zijn, maar dat is een klus, die ik jaren geleden al had geklaard. Maar er kan tegenwoordig natuurlijk veel meer. Niet alleen de locatie, maar, er is natuurlijk meer info over de afbeelding te vinden, waardoor ik ondekte, dat ik, toen, zonder het te weten, soms heel bijzondere dingen heb gezien, gedaan of ervaren heb.


Dit verhaaltje is het gevolg van het uploaden van bijgevoegde foto in Google Lens. Ik wist wel waar die genomen was, maar wilde weten wat meer weten over die "ruines met die bogen", die midden op de foto te zien zijn. Ik maakte de opname in 2003, tijdens een vakantie in Yorkshire, waar we met z`n viertjes [Karel, Arie, Suzanne en mijn persoontje] een onderkomen hadden [De Craven Garth cottages] in "the middle of nowhere", ver buiten Rosedale Abbey in Yorkshire. De ruines waren vanuit het huisje goed te zien en intrigeerde me zo, dat ik op een avond, alleen in de auto stapte en er naar toe reed, omdat ik ze wel van iets dichterbij wilde zien. Ook hoopte ik dat ik daar ergens nog wat info kon vinden, over wat het doel van die gebouwen zou zijn geweest. Dat lukte dus niet en nadat ik een foto had gemaakt, ging ik onverrichter zake weer terug. Google Lens had totaal geen moeite met de foto, en na alle reclames te hebben weggeklikt, vond ik een wikipagina met een identieke foto erop met de onderstaande info:
"Rosedale Chimney Bank or just Chimney Bank is a hill pass that carries a minor road between Rosedale Abbey and Hutton-le-Hole in the Ryedale district of the North York Moors National Park, North Yorkshire, England".
En dan komt het: "The tarmacked highway shares the title of steepest road in England (the other is Hardknott Pass in Cumbria)" It takes its name from a 100-foot (30 m) high chimney which was built to support an ironstone mine which was in that area. The mine closed in 1929, but its chimney remained until it was demolished on 28 July 1972.

Toen ik dat gelezen had, viel ik bijna van mijn stoel. Als dat zou kloppen, zou ik toen ik op de weg, die foto stond te nemen op één van de twee stijlste wegen van Engeland staan. En nog verbazender, dan had ik op de twee stijlste wegen van Engeland gereden, want de tweede, nl. de Hardknott Pass reden we in in 1977. In mijn enthousiasme startte ik een heel verhaal over die twee wegen en het avontuurlijk rijden daarop, maar al tijdens het maken van het verhaal, bleef spookte er in mijn achterhoofd de gedachte, dat het ergens niet klopte. Ja dat er een ijzersteen mijn was geweest, dat kon ik begrijpen, maar verder? Die schoorsteen zat me dwars. Hoewel de foto in het artikel en de mijne hetzelfde waren, stond daar een schoorsteen op, terwijl in de tekst staat, dat die in 1972 was afgebroken.

Toen ik, een dag later, het verhaaltje bijna af had, was ik toch niet tevreden. Ik wilde geen verhaaltje op mijn blog, wat niet klopt, dus startte ik opnieuw, om te proberen erachter te komen hoe het nou precies zat. Ik opende Google Maps en toen zag ik ineens, dat plek van de [identieke] foto`s en de "Chimney Bank" [de berg en de stijle weg] twee verschillende plaatsen waren, die zo`n 20 km uit elkaar lagen. Mijn foto nam ik ver ten noorden van Rosedale en de Chimneybank lag helemaal aan de andere kant van het dorp. Verder ontdekte ik dat er in de 19e en begin 20e eeuw verschillende mijnen waren geweest rond Rosedale, die uiteindelijk allemaal weer verdwenen waren.

Hee, verhip, dat had ik bij mijn vorige poging, dus helemaal over het hoofd gezien en het was een beetje balen ook. Dus ik had geen twee stijlste wegen van Engeland gereden helaas. De foto op wikipagina hoorde dus maar zijdelings bij de tekst en ik was een illusie armer. Helaas, maar waar, het was ook eigenlijk te mooi om waar te zijn.

Ik bladerde verder in mijn fotoserie uit Rosedale en ik droomde nog even van die geweldig leuke dag, die wij daar hadden tijdens de Rosedale fair, een evenement, wat ik nog het beste kan omschrijven als een grote landbouwshow, waar ik ongetwijfels nog wel eens op terug zal komen via een blog. Aan het eind van die dag, gingen we terug en ik weet niet waarom, maar in plaats van rechtsaf om naar de cottage te gaan ging ik de andere kant op. Het was hoog zomer, en schitterend weer, dus ik denk dat ik er helemaal nog geen zin in had om al terug te gaan. Ik reed de een smalle, maar goed onderhouden weg op, die al snel heel stijl omhoog ging. Het was zelfs zo stijl, dat ik de spanning in auto voelde bij mijn medepassagiers. Ik had medelijden met hen, want, ja, eerlijkheid gebied me te zeggen, dat ik in zo`n situatie toch liever rij, dan als passagier niets te kunnen doen. Op een gegeven moment zag ik een zelfde soort "bogenruine", als ik een paar dagen eerder op de foto had gezet. Naast de weg was een ruimte om de auto stil te zetten en dat deed ik dus.



We stonden bovenop hoge kale vlakte met aan de ene kant de ruine van de mijn en aan de andere kant een een stijle helling, die snel de diepte in ging. Daar in dat diepe dal, zagen we het terrein van de Rosedale Fair, die met kleine minimensjes nog steeds aan de gang was. Arie wist niet hoe snel hij die auto uit moest komen, en plofte op ruime afstand van de berghelling, in het gras. Ik kwam wat rustiger uit de auto, maar niet voordat ik de handrem terdege had gecontroleerd. Ik liep de parkeerplaats verder op om die ruine eens wat beter te bekijken. Het was net zo`n boogconstructie als de vorige, en dat kon eigenlijk niet anders, dan ook de restanten van een mijn zijn. Me omdraaiend, om terug te lopen naar Arie en de auto, zag ik daar ineens een levensgroot bord, waarvan ik uit gewoonte een foto van nam. In 2003 besefte ik het niet, maar nu na, die Google sessie wist ik het meteen. Verhip, ik had die tweede stijle weg van Engeland toch gevonden.


En nu ik toch bezig ben, wil ik toch nog wel even kwijt hoe ons op de Hardknott Pass verging.



In 1997, tijdens onze vakantie in het Lake District reed ik met een supervers rijbewijs en zweethandjes die pas op. En stijl was hij, maar er was meer. Deze weg had namelijk als extra, nog een andere verrassing in petto, tw. "Hidden deeps" oftewel in goed Nederlands "verborgen diepten". Dat klinkt romantisch maar dat is het niet. Ineens zit er een soort heuvel in de weg, waarachter je tegenligger niet kan zien aankomen. Zo`n "verborgen" auto is niet zo handig, en zeker niet op een enkele weg, waar geen twee auto`s langs elkaar kunnen rijden. Natuurlijk kwam ik boven op zo`n hobbel een keer neus aan neus te staan met zo`n tegenligger. We stopten beiden gelukkig op tijd om de concluderen, dat we landgenoten waren. Ja hoor, die Hollanders, die vindt je toch ook overal. Toch gaat het meestal wel goed, want de snelheid is laag en de adrenaline hoog, dus er gebeuren weinig rare dingen. Ook wordt je aan het begin van de pas terdege gewaarschuwd voor wat je te wachten staat. Toen we op de top van de pas waren, parkeerde ik de auto en stapten we even uit. Onze achterliggers kwamen naar ons toe en feliciteerden Karel met zijn rijgedrag. Kijk dat krijg je dan ook nog eens in een linksrijdend land. Hebben we niet eens door aan welke kant de bestuurder uitstapt. Gelukkig was hij zo eerlijk om te zeggen dat ik reed. En ja, het moet gezegd, Ik was er best trots op, om anderhalf jaar na het halen van mijn rijbewijs, zo`n klusje te klaren.