Wolletjes

Als ik nu naar buiten kijk is het weer een beetje wit. De laatste drie dagen is alles iedere morgen met een klein laagje poedersuiker bedekt en dan kom zo tegen een uurtje of negen de zon er keihard door en is alles binnen een uurtje weer verdwenen. Jammer hoor, want ik mag het heel graag die sneeuw en het lijkt er dus weer op dat ik wat dat betreft volkomen op de verkeerde plaats ben gaan wonen. Als je dan ook nog eens aan iedereen gaat vertellen hoe mooi het buiten wel is, krijg je meteen te horen dat er, waar dan ook, veel meer sneeuw ligt dan bij jou en dan krijg ik meteen van die jaloerse trekjes. De oplossing voor die jaloerse trekjes heb ik ook al gevonden. Ga jezelf een beetje bedotten en ga je voorhouden dat het zo toch wel erg gemakkelijk is. Geen files, geen gladde wegen en noem al de ellende maar op die die mooie witte poedersuiker met zich mee brengt, dat wordt je toch maar mooi bespaard. Maar toch, het blijft knagen.

Dat ik dol ben op sneeuw is niet iets van de laatste jaren.Toen ik in 1952 in het ziekenhuis lag in Rotterdam had het ook zo erg gesneeuwd en moest ik wat ik ook in mijn stukje "operatie" al schreef met lede ogen toezien dat er in de zaal naast mij emmers sneeuw naar binnen gebracht werden. Tot grote vreugde van mij en van mijn ouders kreeg ik toen ik thuis was een maand later nog een keer de volle laag.


Die sneeuw en kou bracht me ineens tot een totaal andere herinnering. Wolletjes of te wel gebreide hemdjes! Ik zie ze nog voor me. Hemdjes helemaal gebreid in de ribbelsteek. Wie ze gemaakt heeft weet ik absoluut niet meer maar ik weet nog heel goed hoe lekker dat ze waren. Volgens mij had ik eerst een katoenen hemdje aan tegen het kriebelen en daaroverheen een lekker warm wolletje. Hoelang ik ze heb gedragen weet ik niet, maar gezien het feit dat ik een kindje was met niet al te veel weerstand zal het best een tijdje geweest en was het vaste prik zodra de 'R" in de maand was. Iets uit de oertijd zou je nu denken, ja hoor maar niet alles uit de oertijd was dom en slecht want ze waren echt heel lekker warm.

Op onze wc hangt een schitterende kalender. “Elke dag weer', geschreven door Lot van den Akker. Zij schrijft voor elke datum een regel met betrekking tot seizoen en natuur. Op 16 april staat het volgende vermeld: “Laat het weer zijn wat het wil, geen borstrok uit voor half april”. Dat had ik natuurlijk nog niet gezien toen ik het stukje schreef in maart, maar toen ik het las ging er bij mij een lichtje op. Dat was het! Borstrokken, dat is de officiële naam voor mijn lekkere warme wolletjes.  

Geschreven: Opperdoes, 6 maart 2006
Dagtekening: 1950-2006